Uitgever:999 Games
Aantal spelers:2 tot 4
Vanaf 10 jaar
Duur: 30 minuten

Review door Frank

O Farao

De beoordeling (kies een onderwerp):
Bekoring:
Handleiding/materialen:
Beginners:
Gevorderden:
Korte termijn:
Lange termijn:
Strategie/geluk:
TOTAAL

Ga naar dit spel op Spellink.nl

O Farao is een tactisch legspel voor 3 of 4 spelers en heeft als thema -u raadt het al- het bouwen van Pyramides in het oude Egypte. Er wordt gespeeld met 76 bouwkaarten met waarden van 1 t/m 9, waarbij de kaarten steeds zeldzamer worden naarmate de waarde stijgt, en verder zijn er ook nog 3 jokerkaarten en 11 bijzondere kaarten, waarover later meer.

Om toch nog het idee van bordspel te geven wordt er een miniskuul bordje gelegd tussen de spelers in, met daarop een elftal vakjes, gerangschikt in een u-vormig spoor. Op het eerste vakje van het spoor wordt een houten speelfiguur, de opzichter, neergezet.
Elke speler krijgt 7 kaarten uitgedeeld. Met behulp van de handkaarten gaat elke speler 1 of 2 pyramides bouwen, die aan het begin van de speelbeurt verzilverd kunnen worden. Een pyramide bouwt men door het uitspelen van minstens 3 bouwkaarten, verdeeld over minstens 2 lagen, waarbij de bovenliggende laag strikt 1 hoger in waarde moet zijn. In de onderliggende laag moet minstens 1 kaart meer liggen dan de bovenliggende laag, zodat inderdaad op de tafel de tweedimensionale weergave van een pyramide ontstaat.
Elke spelerbeurt verloopt in een vast patroon van 4 akties, te weten:

  1. Pyramides verzilveren ? De speler mag zijn pyramide verzilveren. Zo ongeveer tussen de begin- en de middenfase mag naast een eerste ook een tweede pyramide verzilverd worden. De telling (=verzilvering) gaat als volgt: aantal bouwlagen maal opgetelde getalswaarde van de bouwlagen. Bijv. twee kaartjes van 6 met daarboven één kaartje van 5 geeft 2 (bouwlagen) maal (6+5) = 2 maal 11 = 22 punten.
  2. Nog een kaart in de hand nemen: de speler mag nog één kaartje in de hand nemen. Dit kaartje kan gekozen worden uit drie openliggende kaarten of getrokken worden van de gesloten trekstapel.
  3. Handelingen: in deze aktie kunnen de volgende zaken gedaan worden: a) de aktieve speler kan handkaarten verhandelen met andere spelers, b) de aktieve speler kan een pyramide bouwen of een reeds bestaande pyramide volgens de bouwregels uitbreiden, en c) de aktieve speler kan een Dief of Belastinginner inzetten. De Dief- en Belastinginnerkaarten bevinden zich tussen de andere kaarten. Wie een dief uitspeelt mag een willekeurig kaart van een pyramide van een andere speler wegnemen (mits men met de bijgeleverde dobbelsteen een waarde gooit die gelijk of hoger is dan het aantal bouwlagen van de aangevallen pyramide), wat soms aardige gevolgen kan hebben, omdat die speler soms -om de samenhang van deze pyramide te behouden- ook nog andere kaarten moet weghalen. Met de Belastinginner-kaart mag men bij iedere speler één handkaart trekken, en deze kaart(en) mag men of op handen nemen of direkt uitspelen. Een Farao-kaart overigens is een kaart die de tegenspeler kan uitspelen om de Dief of Belastinginner te neutraliseren.
  4. Kaarten in de hand aanvullen of afleggen: De speler legt nu één kaart af en vult zijn hand weer aan tot zeven. Heeft hij meer dan zeven kaarten, dan moet hij kaarten afleggen tot er weer zeven handkaarten zijn.

Verder worden vanaf de middenfase van het spel alleen die pyramides gewaardeerd, die bestaan uit drie of meer lagen. En waarvoor wordt dan het kleine speelbordje gebruikt? Nu, telkens wanneer een speler zijn pyramides verzilvert dan schuift de opzichter een vakje verder op het spoor. Zodra de opzichter op het laatste, elfde, vakje komt dan wordt de slotkaart geschud door de trekstapel. Er wordt dan nog doorgespeeld tot de slotkaart tevoorschijn komt. Nu is het spel afgelopen, maar niet nadat alle pyramides met drie of meer bouwlagen nog één keer gewaardeerd worden. De speler die dan de hoogste score heeft mag zich de winnaar noemen.

 

Mijn worp =
-----------------------------
Eindworp =

O Farao is een kaartspelletje dat door zijn grappige en luchtige karakter de oppervlakkige speler zeker zal bekoren. Het maken van tweedimensionale pyramides is een onderhoudende maar tafelvullende bezigheid. Toch ben ik niet weg van dit spel en wel om de volgende redenen:

  1. Het ludieke karakter van de gebruikte tekeningen op doos en kaarten komt niet tot uiting in de handleiding en, belangrijker nog, ook niet in de speelwijze. Dit geeft een halfslachtig gevoel.
  2. Aktie 1, Pyramides verzilveren?, wordt vaak vergeten door de spelers. Dit zorgt voor soms flinke discussies over het toch nog mogen uitvoeren van deze aktie, omdat het missen van een scoringskans cruciaal kan zijn. Bij ons werd deze al onlogisch imponerende aktie zo vaak vergeten, dat wij graag de volgende slotregel in de handleiding toegevoeg zouden willen zien:"wie het minst aktie 1 vergeet mag zich de winnaar noemen".
  3. De speciale kaarten, zoals dief en belastinginner, brengen een doorslaggevende (of liever gezegd afbrekende) geluksfaktor in het spel.
  4. Het grappig ogend doosje van O Farao met zijn zachte prijsje van tegen de tien euro wekt de suggestie dat het hier, mede in combinatie met het opgegeven speleraantal, gaat om een bordspel in klein formaat. Niets is echter minder waar: O Farao is gewoon een kaartspel. Dobbelsteen, opzichter en speelbord zijn ronduit overbodig en hadden met enige fantasie vervangen kunnen worden door kaarten. Wellicht zou er dan een hogere prijs-/kwaliteitsverhouding zijn.

Een geinig spelletje dus, dat wel, maar van geen enkele toegevoegde waarde binnen het 999 arsenaal.

----