Blaasfunctiestoornissen kunnen ontstaan door:
. lokale factoren
. neurogene factoren
Het gevolg is:
. urineretentie
. urine-incontinentie
Urineretentie kan leiden tot:
Behandelingsmethoden:
Catheters zijn in 2 hoofdgroepen in te delen:
Voor mannen met incontinentie.
Lijkend op een condoom, maar met trechtervormig uiteinde dat op een urinezak kan worden aangesloten. Er zijn 2 soorten externe catheters:
Met behulp van een maatkaart kan de juiste maat bepaald worden door patiënt zelf of in het ziekenhuis.
Externe catheters worden gemaakt van latex, latexvrij materiaal of siliconen. De laatste twee sluiten een latex-overgevoeligheidsreactie uit.
Voor het aanbrengen dient de penis schoon en droog te zijn. Eventueel overtollig schaamhaar wordt weggeknipt.
De externe catheter blijft minimaal 24 uur zitten.
De externe catheter wordt verwijderd door hem terug te rollen. Bij problemen eventueel een warm, vochtig washandje om de penis brengen, zodat de catheter eenvoudig loslaat.
Specifieke materialen:
Convatec Conquest continentiesysteem, voor mannen met overgevoeligheid voor latex of met een teruggetrokken penis.
Incare Penispouch: opvangsysteem met een zelfklevende huidplaat en een opvangzak met aftap. Voor mannen met een teruggetrokken penis.
Draagurinalen: re-usable externe cathetersystemen voor mannen met een teruggetrokken penis.
Voor vrouwen met incontinentie: Incare Externe Urinecollector (Spruyt Hillen). Zelfklevende urineopvang voor immobiele en rolstoelgebonden vrouwen.
Eenmalige catheters.
Ook wel genoemd:
-
afnamecatheter
-
eenwegcatheters
-
disposable
catheter
Gemaakt van pvc met of zonder coating.
Bij een niet-gecoate catheter kan een glijmiddel worden gebruikt.
Standaardlengte: 40 cm, zonodig korter bij de vrouw (20 cm).
De kortere catheters worden female-catheters genoemd.
Punt van de catheter is recht, rond en gesloten (Nelaton). Ook is er een catheter met een gebogen, gesloten punt (Tiemann). Deze wordt gebruikt bij passageproblemen bij de prostaat.
Gecoate
catheters:
Diameter buitenomtrek van de catheter wordt uitgedrukt in Charrière (Ch) of in French Gauge (G).
1 Ch = 0,33 mm.
Bij eenmalige catheters wordt de diameter in universele kleurcodering aangegeven. De voorkeur wordt gegeven aan een catheter met een kleine diameter (Ch 12 of 14). Een te grote diameter kan veroorzaken:
Ch 8 = blauw Ch 16 = oranje
Ch 10 = zwart Ch 18 = rood
Ch 12 = wit Ch 20 = geel
Ch 14 = groen Ch 22 = paars
Ook wel genoemd:
-
balloncatheter
-
Foley-catheter
-
dauer-catheter
-
catheter
a demeure
Catheter heeft 2 kanalen, een voor de afvoer van urine en een met ventiel voor het vullen en ledigen van de ballon.
Vervaardigd uit:
- latex
- gesiliconiseerd latex
- siliconen
Latex wordt afgeraden i.v.m. irritatie van het urethraslijmvlies.
Gesiliconiseerd latex kan maximaal 2 weken blijven zitten, siliconencatheters kunnen maximaal 2 maanden blijven zitten.
Siliconencatheters zijn duurder dan latex catheters.
Na het inbrengen wordt de ballon gevuld met steriel water. Hierdoor wordt catheter gefixeerd in de blaas.
Normaal ballonvolume: 5-15 ml
Kleiner ballonvolume: voor kinderen
Ballonvolume 30-50 ml: postoperatief, ter voorkoming van bloedingen.
Nooit fysiologisch zout gebruiken: dit kristalliseert uit in het vulkanaal van de ballon en zo kan de ballon niet meer geleegd worden.
Nooit vullen met lucht: de ballon gaat op de urine drijven.
nadat ballon gevuld is wordt de catheter aangesloten op een urinezak.
Standaardlengte catheter is 40 cm. Er is ook een vrouwen verblijfscatheter. Voor een goede doorstroom wordt een wat grotere catheter (Ch) gebruikt, dan bij een eenmalige catheter. Bij volwassenen doorgaans Ch 12, 14 of 16.
Er zijn ook 3 weg catheters: zgn. spoelcatheters, wanneer patiënt intensief gespoeld moet worden.
Pas op: een te groot ballonvolume heeft als nadelige gevolgen:
Door de uroloog wordt het catheter via de buik in de blaas ingebracht.
Voordelen suprapubische catheter:
Nadelen suprapubische catheter:
Risico’s bij het inbrengen van een suprapubische catheter:
Keuze van de toedieningsweg hangt van een aantal factoren af, waaronder:
leeftijd en geslacht patiënt, prognose, medische en verpleegkundige begeleiding, verzorging in de thuissituatie, mobiliteit, sexuele activiteit en neurologische situatie.
Complicaties
Infecties:
Kans op urineweginfecties wordt aanzienlijk verhoogd. Factoren die een rol spelen zijn:
Behandeling van een blaasontsteking met antibiotica is gecontraindiceerd als de catheter nog in situ is.
Steenaanslag:
Catheter kan verstopt raken, met als gevolg lekkage of stuwing in de urinewegen.
Steenaanslag kan worden tegengegaan door spoelen van de blaas met spoelvloeistof (solutio R) of door de urine sterk aan te zuren.
uitvallen van de catheter:
Door lek raken van de ballon of een te klein ballonvolume kan de catheter uitvallen. In geval van een suprapubische catheter moet deze snel vervangen worden: de opening in de blaaswand kan zich binnen 6 uur sluiten.
Blaaskrampen:
Vaak veroorzaakt door een te groot ballonvolume. Hierdoor kan lekkage langs de catheter ontstaan.
Therapie: catheter verwijderen.
Het inbrengen van catheters:
Het inbrengen van 1-malige catheters kan door patiënten geleerd worden in de polikliniek. In het algemeen komt men uit op gemiddeld 4 x catheteriseren per dag.
De afname catheter is in principe voor eenmalig gebruik. De gecoate catheter sowieso.
De verblijfscatheter wordt door een arts of verpleegkundige ingebracht.
Glijmiddelen:
Instillagel 7 of 11 ml, afhankelijk van geslacht.
Lofric® catheter bevat al een glijmiddel, en hoeft slechts met water bevochtigd te worden.
Na inbrengen van instillagel moet men 5 minuten wachten met het inbrengen van de catheter.
Catheterstopjes:
worden toegepast wanneer een normale mictie gewenst is: patiënt ledigt catheter op vaste tijdstippen door het stipje uit de catheter te verwijderen.
Dit systeem mag alleen gebruikt worden, wanneer er geen multiresistente bacteriën aanwezig zijn, dus in de thuissituatie.
Blaasspoelingen:
Toepassing: aanzuren urine bij infecties
bij steenvorming in de blaas
na prostaat-operaties.
Veel gebruikte blaasspoelingen: fysiologisch zout; m.n. na prostaatoperaties, om blaas continu te spoelen.
solutio R
solutio G amandelzuuroplossing, alle drie de oplossingen om neerslagen op te lossen en de urine aan te zuren.