DIACONALE COLLECTEN
 


Collecten

In de Eredienst worden de gaven van de gemeenteleden ingezameld


Bestemmingen van dit collectegeld zijn ondermeer:

Kerkinactie, Missionair werk van de PKN
Diaconie van de eigen Gemeente
Onderhoudsfonds t.b.v. de Trinitatiskapel
Kerkbeheer - voor de kosten van het kerkelijke werk
Lilianefonds, adoptie van kinderen in ontwikkelingslanden
Stichting De Hoop, bestrijding en voorkomen van drugverslaving
Lutherse activiteiten zoals de Lutherse werkgroep voor kerkmuziek

De Lutherse Kerk Dordrecht is ook bij speciale projecten betrokken. Klik op de knop 'project.'



ACTUEEL :   bijeenkomst o.l.v. Mevr. B. van der Waal namens het Regionale Diensten-Centrum van de pkn

GEMEENTE EN DIACONAAT, 22 mei 2007

De ontmoeting, met elkaar en met God, staat centraal in de viering van de eredienst.
Als gelovige mensen bidden we samen en zingen we samen ter ere van Hem.
In de liturgie is een beweging, die de ontmoeting met God zichtbaar maakt. Wij zingen, Hij spreekt door zijn Woord, wij bidden, Hij zegent ons. In die ontmoeting met Hem juichen en loven wij, maar ook leggen wij de nood van onze wereld voor Hem neer. Wij horen van het Woord dat spreekt over barmhartigheid en gerechtigheid voor alle mensen. En dat is ten diepste diaconaat. Zo stond het in de uitnodiging (in het kerkblad), zo werd het ons ook verteld tijdens een inspirerende bijeenkomst.

De middag viel grofweg in twee delen uiteen.

Het eerste deel ging voornamelijk over de verbinding tussen liturgie en diaconaat, hoe er in het vieren en in het woord aandacht is voor de noden van mens en wereld. Mevrouw Van der Waal verwees ook naar het slot van de preek van ds. Baan op zondag Rogate d.d. 13 mei 2007.
Met name tijdens het kyriëgebed is er aandacht voor deze noden; in het gloriagebed is er dan de lofprijzing. Naast liederen zingen is er het Woord en/of Evangelie; ook daar de aandacht voor de noden alsmede in de voorbede, eindigend in het Onze Vader (nbv): 6; 10: laat uw koninkrijk komen en (laat, toevoeging bvdp) uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel), waarbij benadrukt werd dat Zijn wil gedaan wil worden (door mensen).
En tot slot de zegen waarin afhankelijk van wie er voorgaat meer of minder duidelijk verwezen wordt naar de taak van de gemeenteleden in de wereld.

Duidelijk werd dat diaconaat ontmoeting is. Ontmoeting van ‘hart’ (zien/ geraakt worden), ‘hoofd’ (“oordelen”/ wat kunnen we?) en ‘handen’ (handelen), waarbij barmhartigheid en gerechtigheid gestalte krijgt in Woord en Daad. Nadrukkelijk werd aangegeven dat er een wederkerigheid bestaat/ hoort te zijn, zowel tussen de begrippen barmhartigheid en gerechtigheid, als tussen Woord en Daad.
Diaconaat (met de blikrichting ook naar buiten!) hangt nauw samen met de eredienst die de gelovige gemeente viert.

In het tweede deel, na de pauze, kwam - met name - de vraag aan de orde: Wat is diaconaat?

Wat staat er over in de Bijbel? Hoe ziet diaconaat in de 21e eeuw eruit?
Waar denken we aan bij diaconaat? Hoe kun je als gemeente vormgeven aan diaconaat?
Deze vragen kwamen duidenderwijs aan de orde, werden (nog) niet allen beantwoord.
Wel werd er een zogenaamde werkdefinitie van diaconaat gegeven: oor en oog hebben voor zowel incidentele als structurele knelsituaties, waarbij de begrippen barmhartigheid en gerechtigheid kernbegrippen zijn en waar gebruik kan worden gemaakt van de ter beschikking staande financi·e middelen (middel en geen doel, omdat het niet altijd een kwestie van geld is!). Bijbel, geschiedenis en kerkorde ondersteunen deze idee.

In onze huidige tijd zien we een golfbeweging, waarin enerzijds de staat, anderzijds de kerk optreedt als vangnet voor die mensen, die daadwerkelijk in nood verkeren.
Er werd , afsluitend, een redelijke tijd stilgestaan bij de mogelijkheden van het bedrijven van diaconaat. Aanvullend op de reeds gebruikte kernbegrippen als barmhartigheid en gerechtigheid werd aandacht gevraagd voor betrokkenheid en vertrouwen.

Verondersteld wordt dat we kunnen aansluiten bij bestaande activiteiten inde stad/regio; samenwerken met bij. het “Diaconaal AandachtsCentrum” (DAC) en Sociaal Fonds. Verder aandacht voor eenzaamheid, ziekte, werk en relatie(s); met andere woorden: omzien naar elkaar.

Het einde naderende de vraag of we de diaconaal noden kunnen en willen zien, of de diaconale voelsprieten op scherp staan.
Het mag duidelijk zijn dat de intentie er één is ten goede. Uitwerking kan in voorkomende gevallen/situaties een andere zijn.
Duidelijk mag zijn dat menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid ook in diaconale relaties een plaats hebben bij de afspraken die we, als gemeente, hierover (zouden kunnen) maken.

Als (voorlopig) laatste punt aandacht voor de gaven die bestaan bij gemeenteleden en hoe die te inventariseren.
De diaken heeft, met behulp van de deelnemers, genoeg aanknopingspunten verworven om verder aan de slag te kunnen, waar mogelijk in samenwerking met betrokken en geïnteresseerde gemeenteleden.

Een middag als deze, tenslotte, is voor herhaling vatbaar; onder dankzegging aan Beppie van der Waal en alle andere deelnemers.

Papendrecht, 28-05-’07    Benno van de Pas