Hieraan
toe te voegen wat de Noorse theoloog Andreas Aarflot op de lutherse Assemblée
in Dar-es-Salam noemde:
8. Het dragen van christelijke verantwoordelijkheid tegenover de wereld
door onzelfzuchtige deelname aan Gods handelen in de wereld.
In de LWF-brochure 'Lutherische Identität' treft u nadruk aan op:
9. Accent op het algemeen priesterschap van de gelovigen als een verwijzing
naar de gelijkheid voor God.
10. Positieve aanvaarding van de wereld als Gods schepping.
Ongetwijfeld zullen ook vele hervormden en gereformeerden hun geloof in
het bovenstaande herkennen. Dat is geen wonder, want het ging Luther niet
om een enkele afwijking in de toenmalige kerk maar om een vernieuwing
van de gehele geloofsinhoud. Daarom blijkt dit 'Lutheranisme' een geestelijke
geloofsbeweging te zijn die in ons land breder is dan de Evangelisch-Lutherse
Kerk.
Drs
A. GROENEVELD |
WAT
IS NU TYPISCH LUTHERS ? |
laatstverschenen in
het kerkblad van de elg
Stadskanaal, 17 mei 2002
Ds.
Alida Groeneveld
predikante in de Evangelisch Lutherse gemeente Naarden-Bussum en nu werkzaam
als conrector in een van de gebouwen van het pkn-seminarium:
Hydepark
Wat is nu typisch Luthers? De liturgie niet, maar het enthousiasme waarmee
de liturgie meebeleefd wordt juist weer wel.
Het ambt wel of niet, want de praktijk van alledag lijkt niet veel te
verschillen van hervormden en gereformeerden.
Rechtvaardiging
Vrijheid
Ambt
|
Rechtvaardiging
In de lutherse traditie wordt de rechtvaardiging gezien als 'eerste en
hoofdartikel van de verlossing' waarvan men in niets mag afwijken of waarvan
men niets mag afdoen, zoals Luther zegt in zijn Schmalkaldische Artikelen.
In het 4e artikel van de Belijdenis van Augsburg vindt de rechtvaardigingsgedachte
een klassieke formulering: Ook wordt geleerd, dat de mensen zich tegenover
God niet kunnen rechtvaardigen door hun eigen krachten, verdiensten of
werken, maar dat ze door genade gerechtvaardigd worden vanwege Christus,
door het geloof, omdat ze geloven dat ze uit genade geaccepteerd worden
en dat de zonden vanwege Christus vergeven worden, die door zijn dood
genoegdoening verschafte voor onze zonden Dit geloof ziet God aan als
gerechtigheid tegenover Hem. (Romeinen 3 en 4).
Op voorspraak
van Luther en Melanchton wordt de rechtvaardiging niet opgevat als één
van de vele thema's uit de wereld van geloof en theologie, maar als maatstaf
waaraan alle christelijke leer moet worden gemeten.
Het verbaast dan ook niet dat in de oecumenische gesprekken, die in de
eerste helft van de 16e eeuw worden georganiseerd om een dreigende scheuring
in de Roomskatholieke Kerk te voorkomen, de rechtvaardiging een belangrijke
plaats inneemt.
Tijdens het Concilie van Trente (1545-1563) vindt de breuk tussen rooms-katholiek
en protestant plaats en de veroordelingen over en weer zijn niet van de
lucht.
Gevolg is dat beide confessies tegenover elkaar zijn komen te staan.
De Lutherse Wereldfederatie en de 'Pauselijke Raad voor de Bevordering
van de Eenheid der Christenen' heeft een zgn. "Gemeenschappelijke
Verklaring over de Rechtvaardiging" het licht laten doen zien waarin
de veroordelingen over en weer belicht worden.
Er blijven echter controversiële punten over. Het is noodzakelijk
deze gemeenschappelijke verklaring te laten volgen door een intensieve
dialoog.
Vrijheid
Een klimaat
van vrijheid wordt vaak genoemd als een kenmerk van de lutherse gemeenten
in Nederland.
Deze vrijheid houdt niet in dat je vrij bent maar 'van alles' te geloven.
Er is overeenstemming over waar het in wezen om gaat in Evangelie en Kerk.
Ook de lutherse kerkorde heeft veel zaken precies geregeld. Toch, de vrijheid
als een kenmerk.
Luther heeft benadrukt dat er geen belemmering mag zijn in de relatie
tussen God en mens. Geen kerkleiding heeft gezag over jouw verstaan van
de bijbel, dat is een vraag voor het persoonlijk geloof van een ieder,
waarbij de norm de bijbel is. Logisch gevolg was de publicatie van de
bijbel in de volkstaal.
Een bekend
geschrift van Luther is "Von der Freiheit eines Christenmenschen"
met hierin de centrale stelling: Een christen is in vrijheid heer van
alle dingen en niemands onderdaan. Een christen is in dienstbaarheid knecht
van alle dingen en ieders onderdaan.
Deze stelling geeft aan dat er geen sprake is van een ongebrijdelde vrijheid.
Luther heft het verschil tussen leken en priesters op, doordat allen tot
in de kern van hun bestaan delen in Christus' eerstgeboorterecht, zijn
koningschap en priesterschap. Het geloof gaat zich dan realiseren en manifesteren
als liefde, die overvloeit naar buiten en de gestalte van dienstbaarheid
aanneemt.
De christen wordt bij Luther één met Christus. Christus
was niemands onderdaan, maar gaf zichzelf uit de liefde aan de mensen.
Ambt
Het "Openbare
Ambt van Woord en Sacrament" en het algemeen priesterschap der gelovigen
leveren nogal eens verwarring op.
In de Augsburgse Confessie wordt gezegd over de kerk: "De Kerk is
de gemeenschap van heiligen waarin het evangelie zuiver geleerd wordt
en waarin de sacramenten op de juiste wijze bediend worden.
In deze Kerk zijn alle christenen gelijk, hoewel niet iedereen dezelfde
taak heeft. Dit lijkt in tegenspraak met elkaar.
Luther legt de nadruk op de functie van het Woord. Het Woord komt van
buitenaf, van Godswege tot je. Dit Woord moet gesproken, vertaald en uitgelegd
worden; het Woord moet je aangezegd worden om het te kunnen geloven.
Daartoe roept God enkelingen tot de dienst van de verkondiging. Het ambt
van het Woord vertegenwoordigt Christus als "tegenover" van
de gemeente. Gemeenschap van gelovigen en ambt zijn beiden nodig in de
Kerk. Om in het ambt van het Woord te kunnen dienen, is er een gemeente
nodig die beroept en dat de persoon in kwestie geordineerd wordt. Deze
ordinatie is een belofte zich in te zetten voor het Woord en de goede
orde van Christus in het samenleven van de gemeente.
Beide aspecten
zijn dus nodig: het algemeen priesterschap van gelovigen en het ambt van
het Woord.
Naast het openbare ambt van Woord en Sacrament kent de lutherse kerkorde
mensen die geroepen zijn tot bijstand in het openbare ambt van Woord en
Sacrament: ouderlingen, kerkrentmeester, diakenen, kerkmusici en anderen
die tot een kerkelijke dienst gesteld zijn.
De plaatselijke gemeente kan dit naar behoefte invullen.
De kerkorde heeft het takenpakket van de kerkenraad vastgelegd: zorg voor
de bediening van Woord en Sacrament en al wat samenhangt met het belijden
van de Kerk; leiding geven aan het werk in de gemeente en het besturen
van de gemeente. Op het eerste gezicht lijkt er geen verschil met de hervormde
en gereformeerde kerken, qua benaming zijn dingen vrijwel identiek.
In de calvinistische traditie is een dienst pas volledig als de drie ambten
aanwezig zijn: predikant, ouderling en diaken. In de lutherse kerk, met
het ene ambt, is dat niet nodig.
|