Dr H.J. de Jonge, hoogleraar Nieuwe Testament
te Leiden, beantwoordde in Trouw van 30 december j.l. H. Oranje
die moeite had met zinssneden uit de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV).
Zijn kritiek gold speciaal vers 7, waar de ons vertrouwde NBG-vertaling
1951 luidt:
'omdat voor hen geen plaats was in de herberg.'
|
|
De
Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) heeft: 'omdat er voor hen nergens
plaats was'. Inderdaad, 'de herberg' is verdwenen. Maar er is
in dit geval geen enkele grond om de vertalers van onzorgvuldigheid
of een fout te beschuldigen. De nieuwe formulering van Lukas
2:7 is geheel in overeenstemming met de zorgvuldig gekozen uitgangspunten
en doelstelling van de nieuwe vertaling.
In het Grieks staat er: 'omdat voor hen geen plaats was in het
kataluma'. Maar zoals Oranje al aangaf, is 'herberg' geen goede
vertaling van 'kataluma'. Dit laatste woord heeft de tamelijk
algemene betekenis 'onderkomen, 'verblijfplaats'. Voor 'herberg'
heeft het Grieks specifiekere woorden. De vertalers hadden eventueel
kunnen kiezen voor 'er was voor hen geen plaats in het gastenvertrek
van de stad'. Maar dan zou de vertaling onmiddellijk een element
in de tekst gaan beklemtonen dat geen nadruk verdient: de cultuurhistorisch
bepaalde mogelijkheden voor de accommodatie van reizigers in
steden in de berokken regio.
Eén van de vertaalregels van de NBV is dat erop gelet
moet worden dat de informatie van grotere tekstdelen correct
blijft overkomen. Welnu, in Lucas 2 gaat het er uiteraard niet
om de lezers uit te leggen welke mogelijkheden Bethlehem aan
reizigers en gasten bood voor logies.
Binnen de vertaalwetenschap is het begrip 'transformatie' van
groot belang. Omdat het meestal niet mogelijk is de taalinformatie
uit een brontekst woord voor woord om te zetten in een andere
taal, moet een gelijkwaardige oplossing gezocht worden op het
niveau van de grotere eenheid: de zin, de alinea, het hoofdstuk,
het boek.
In Lukas 2:7 heeft het Grieks een algemene aanduiding voor 'verblijf'
waarvoor het Nederlands geen precies equivalent heeft. De vertalers
moeten dus een vertaaltransformatie toepassen.
Met de structuur en bedoeling van de passage als geheel in het
achterhoofd hebben ze ervoor gekozen iets implicieter te zijn
dan het Grieks: 'omdat er voor hen nergens plaats was'. Hier
is niet onzorgvuldig, maar methodisch correct gewerkt.
De vertalers staan hier in hun keuze ook niet alleen. Voordat
de vertaling wordt gepubliceerd, wordt ze door een groot aantal
supervisors gelezen, getoetst, becommentarieerd en gekritiseerd.
Lucas 2:7 heeft alle rondes doorlopen. Bij een vertaling waar
zoveel controles zijn ingebouwd, is het woord 'uitglijer' niet
op zijn plaats.
|
|
|
Reacties
van andersdenkenden verschenen in 'Trouw' van 3 januari 2004
Lees
ook een reactie van prof. Dr Anne van der Meiden
Het
betoog van prof. de Jonge mist overtuigingskracht om direrse redenen.
Ten eerste was een gastenverblijf iets anders dan wat de Grieken kenden,
ik denk eerder aan een karavanserai, dus leden de vertalers er verstandig
en in het Grieks een neutraal woord als kataluma te gebruiken in plaats
van het specifieke woord voor een Griekse herberg. Verder wordt in de
Griekse tekst Nestle) het bepaald lidwoord (tooi) gebruikt, het gaat dus
om één bepaalde locatie. Uit de context volgt dat dit de
karavanserai, herberg of hoe je het maar noemt, moet zijn. In elk geval
is het woord 'nergens' er onterecht bijgefantaseerd.
Harden,
Dr. D.E. Knibbe
De verdediging door prof. Henk Jan de Jonge van de vertaling 'omdat er voor
hen nergens plaats was' (Lucas 2:7, NBV) is niet overtuigend. Prof. de Jonge
is volledig op de hoogte van de vertaalstrategie (mogelijk zelf bij het
vertaalproject betrokken?). Natuurlijk kan men niet woord voor woord vertalen.
Als het begrip 'transformatie' echter zo ver gaat dat men gegevens die in
de grondtekst voorkomen, verduistert, is men op de verkeerde weg. Het 'kataluma',
waarvan de grondtekst spreekt, is zo'n gegeven; Jozef heeft onderdak gezocht
waar dat normaliter te vinden was. In het karavanserai in Akko is er een
verdieping waar de gastenverblijven waren; op de begane grond waren de stallen
voor de reis- en lastdieren. Was er in Bethlehem ook zoiets en kon Jozef
boven niet meer terecht zodat hij met een plaats beneden genoegen moest
nemen? Hoe dan ook, er was een 'kataluma' en de vertaling 'herberg' is voor
modern gebruik algemeen genoeg om geen precieze associaties op te roepen.
Prof. de Jonges beroep op de vertaalwetenschap is wel erg drastisch; ik
zou hem willen toevoegen zoals weleer Festus de apostel Paulus deed (voorwaar
geen geringe eer): Gij spreekt wartaal... uw vele studie brengt u in de
war.
Waalre,
Joop A. Klaassen
De Leidse Nieuwtestamenticus
Henk Jan de Jonge verdedigt 'omdat er voor hen nergens plaats was' (Lucas
2.7) in de Nieuwe Bijbelvertaling tegen mijn bedenkingen. Hij, en niet ik,
beweert dat 'herberg' geen goede vertaling is van het Griekse woord 'kataluma'
en schrijft: „Dit laatste woord heeft de tamelijk algemene betekenis
'onderkomen', 'verblijfplaats'. Voor 'herberg' heeft het Grieks specifiekere
woorden". Beste professor, dit is klinkklare onzin. In het klassieke
Grieks (Herodotus, Plato) is het gebruikelijke woord voor 'herberg': 'katagogeion'
of 'katagoge'. In later Grieks (vanaf de tweede eeuw voor Chr.) komt het
woord 'kataluma' op als synoniem (zo gaat dat in een taal), al kan het woord
allerlei soorten vertrekken of zalen aangeven: hotels bestonden uiteraard
niet. Daarom is de vertaling 'herberg' ook zo aardig: tot in de Middeleeuwen
bracht men daar, in één ruimte en geplaagd door luizen en
het gesnurk van winden latende medegasten, doorgaans slapeloos de nacht
door. Antieke woordenboekschrijvers als Photius en Hesychius stellen de
drie hier genoemde Griekse woorden op één lijn. De Griekse
vertalers van de Tora gebruiken het woord 'kataluma' heel vaak, ook in de
betekenis 'nachtverblijf, bijvoorbeeld Exodus 4.24. Daar overnachten Mozes
en zijn vrouw Zippora met hun kinderen in een 'kataluma', op reis naar Egypte.
Wie weet (maar dat is meer uw, theologische, terrein) koos Lucas daarom
wel voor dit woord in het geboorteverhaal van Jezus. Dan het betoog over
het nodige 'vertaaltransformatie toepassen'. Houd toch op met die flauwekul.
In de brontaal, het Grieks, begingen de vertalers een fout door het woord
'kataluma' niet weer te geven. In de doeltaal, het Nederlands, zetten zij
de lezer op het verkeerde been. Deze wordt niet verondersteld op de hoogte
te zijn van de antieke reis- en verblijfcondities. En met 'nergens plaats'
zal hij dus denken dat Jozef en Maria 'alle hotels van Bethlehem' waren
afgegaan. Ik blijf het dus maar, ondanks het 'imprimatur' van u en uw commissies,
een enorme uitglijer vinden.
Amsterdam, Hans Oranje
In
ons principieel atheïstische ouderlijk gezin las onze moeder op eerste
kerstdag bij het dessert Lucas 2:1 tot en met 20 voor. Daarna namen we
de ideeën over stal, os en ezel op de korrel: „Het staat er
weer eens niet!" Zodoen-
de heb ik talloze schilderijen met de geboorte van Christus bekeken, koppig
denkende: 'En toch is het kind op het veld geboren, want die stal is uit
de duim gezogen.' Al leek het mij een Gods-wonder dat de pasgeborene de
ijzige nachtelijke kou in de winter daar had overleefd. Hans Oranje ben
ik buitengewoon dankbaar voor zijn verlossende woord: boven het gasten-verblijf
was er geen plaats meer, dus overnachtten Maria en Jozef beneden bij de
dieren, warm en veilig. Bij een dergelijke 'herberg' stel ik me een karavanserai
voor met een grote binnenhof en een poort.
Voortaan zal ik in musea betreuren dat de schilders die situatie niet
hebben afgebeeld, met nog meer dieren, liefst ook paarden en kamelen.
Den
Haag, Hieke Snijders-Borst
Geen
plaats voor de herberg – Anne van der Meiden in VrijZicht
maart 2004
Iets
ergs
Er gaat iets heel ergs gebeuren in het Nederlandse christendom: er is
geen plaats meer voor de herberg. In de NBV zal, zo luiden de plannen,
de herberg niet meer voorkomen in het geboorteverhaal van Jezus, in Lucas
2. Er zal alleen maar staan: "omdat er voor hen nergens plaats was".
En bovendien verdwijnt de kribbe. Dat wordt voerbak.
Een complete revolutie, flinke stukken in de kranten in dreigende taal:
dit kan en mag niet. Je kunt de mensen niet zomaar de herberg afnemen.
Die voerbak: vooruit, maar de herberg is het symbool van armoede, van
Jezus' eenvoudige afkomst, van ongewenst verblijf. Die sluit je niet zo
maar.
Laat ik eerst vertellen wat er precies aan de hand is. Bij de vertaling
van de bijbel in het Twents zijn we uiteraard ook op dat probleem gestuit.
In de Griekse grondtaal staat nl. een woord, dat je eigenlijk het best
kunt vertalen met: verblijfplaats, overnachtingsplek, onderkomen voor
de nacht. Je reisde lange dagen, je zocht een onderkomen, misschien het
best te vergelijken met zo'n kapschuur: aan de ene kant helemaal open,
op de zolder veel hooi en voor de rest landbouwwerktuigen of, in sommige
gevallen, vee, maar dan in de zomerdag. We hebben er in het Twents toch
maar herberg van gemaakt, hoewel het woord in de laatste honderd jaar
wat meer verschoven is in de richting van: drankhuis, bruine kroeg. In
elk geval kun je meestal niet meer overnachten in een herberg, wat vroeger
wel het geval was. In de negentiende eeuw lees je dan ook dat mensen sliepen
en aten in een herberg, terwijl het vee verzorgd werd in de stal van de
herberg. Daar werden ook de wisselpaarden voor de postkoets gestald en
soms kon je er een paard huren. De brievenschrijvers in de krant willen
de herberg in de tekst houden. Dat hoort bij het verhaal, ook al is dat
niet historisch. Je hebt er die romantische herberg bij nodig, die tevens
het symbool is voor Jezus nederige komaf: het kasteel voor dit koningskind
was een herberg, hij lag niet in een gouden wiegje, maar in een kribbe,
op stro en veel meer valt er niet over te vertellen.
Nu interesseert het u en mij waarschijnlijk niet zo erg veel of die herberg
verdwijnt of niet, het gaat eigenlijk om iets anders. Uit de reacties
blijkt hoeveel mensen er doodsbenauwd zijn voor veranderingen. Alsof de
complete godsopenbaring instort, wanneer de herberg verdwijnt. Zo'n woord
wordt een ijkpunt voor de waarheid, een onveranderbaar signaal.
Ginne stea
Als de herberg verwijnt, wat is dan de volgende verdwijning? Niets is
dan meer zeker. En of de geleerden nu beweren, dat je het beter weg kunt
laten, omdat de vertaalprincipes van de NBV dat vorderen, helpt niet.
Denk je even goed na, dan moet je toegeven dat de woorden: "want
er was nergens plaats voor hen" natuurlijk mede betekenen dat er
geen hotel of herberg te vinden was. Ik weet nog dat wij bij onze Twentse
vertaling hebben overwogen om van dat Griekse woord te maken: "want
't gaf veur eer doar ginne stea". In het Nederlands: voor hen was
nergens een plaats beschikbaar. Een van de briefschrijvers meent, dat
de bijbelvertalers hier een enorme uitglijder maken. Dat lijkt me een
schoolmeesterachtige opmerking. De mannen en vrouwen die zich al jaren
over de teksten buigen, maken geen enorme uitglijders. Ze kiezen, wikken
en wegen hun Nederlandse woorden op een goudschaaltje en tientallen mensen
kijken er daarna nog eens grondig naar. Ik heb er bezwaar tegen, dat men
de indruk wekt met deze kritiek, dat er maar wat aan gerommeld wordt.
Daarvoor is beslist geen plaats. Trouwens, alle gekheid op een stokje,
voor mij mag die herberg best blijven, anders moet je zoveel kerstliedjes
veranderen. Ik weet het, dat is geen principiële, maar een praktische
overweging.
|