'Het
woord
- dat
zult
gij
laten
staan
!' aldus
een
massieve
uitspraak
van
Luther.
Het
is een
uitspraak
zeer
toepasselijk
op de
Gedachtenisdag
van
Kerkhervorming.
Het
gaat
hier
om de
oorsprong,
waar
geloven
en kerk-zijn
vandaan
komen.
Die
oorsprong
is het
Woord
van
God.
Is het
Woord
van
God
de bijbel?
Dat
hoor
je heel
vaak.
Typisch
eigenlijk,
ik kan
hier,
op de
preekstoel,
die
grote
oude
bijbel
in mijn
handen
nemen...
Ja,
dus
heb
ik dan
het
Woord
van
God
in mijn
handen...
Een
gedachtemoment
verder,
en ik
heb
het
Woord
van
God
in de
hand,
dus,
in mijn
macht.
Het
Woord
van
God
de bijbel...
Het
lijkt
serieus
en een
gelovige
belijdenis.
Heel
geschikt
voor
deze
Gedachtenisdag
van
Kerkhervorming.
Maar...
is dát
wat
Luther
heeft
bedoeld
met
zijn
uitspraak:
het
Woord
dat
zult
gij
laten
staan
- ?
Luther
had
onmiskenbaar
groot
respect
voor
de
heilige
Schriften.
Hij
was
doctor
in
de
uitleg
van
de
bijbel.
Maar
naast
eerbied
had
hij
ook
vrijmoedigheid
in
de
omgang
met
de
bijbelboeken.
U
hebt
misschien
wel
de
zegswijze
gehoord:
'een
strooien
brief.'
Zo
noemde
Luther
de
brief
van
de
apostel
Jacobus.
'Een
brief
van
stro...'
Dáárom
noemde
Luther
die
brief
zo,
omdat
daarin
de
goede
werken
veel
aandacht
krijgen,
en
veel
minder
de
zaligheid
uit
genade
en
door
het
geloof.
Laten
we
dit
vanochtend
voor
wat
het
is,
maar
onthouden
we
wel
die
vrijmoedigheid
van
Luther.
Hij
heeft
bemerkt
wat
wij
doorgaans
ons
niet
bewust
zijn:
Jezus
zelf
heeft
nooit
moeite
gedaan
om
een
geschrift
na
te
laten.
Nee,
Jezus
predikte,
verkondigde.
Daarom
–
zegt
Luther
–
moeten
we
het
Evangelie
horen
en
niet
eerst
lezen.
Zo
is
ook
het
Woord
van
God
allereerst
gespróken.
Is
dat
zo
belangrijk?
Ja
zeker
wel,
want
het
gaat
om
de
manier
waarop
het
Evangelie
tot
ons
komt.
Wij
gedenken
de
Kerkhervorming
in
deze
Liturgieviering,
en
juist
in
de
Kerkhervorming
van
Luther
en
van
zijn
leerling
Calvijn
klonk
de
roep:
'Terug
naar
de
bronnen!'
Natuurlijk
zijn
die
bronnen
de
geschriften,
de
heilige
boeken
die
de
bijbel
vormen.
Vroeger
moesten
de
kerkmensen
de
kerkelijke
machthebbers
gehoorzamen,
maar
steeds
vaker
riepen
vernieuwingsgezinde
geestelijken
op,
om
enkel
aan
de
heilige
Schriften
onderhorig
te
zijn.
Heel
goed
natuurlijk,
we
willen
dat
beamen.
Maar
het
zal
toen
en
ook
nu,
geen
zin
hebben
om
mensenwerk
te
verwisselen
voor
mensenwerk.
Mensenwerk,
dat
is
de
kerkelijke
macht
uit
de
Middeleeuwen.
Maar,
boeken
en
papieren
met
letters
daarop,
dat
is
ook
mensenwerk.
Alle
respect,
ja
eerbied
zelfs,
voor
de
bijbel,
maar,
de
bijbel
als
boek
staat
niet
op
dezelfde
hoogte
met
het
Woord
van
God,
het
gepredikte
Woord,
het
levende
Woord.
Wij
moeten
dit
volhouden
tegen
richtingen
en
sekten
en
nieuw
opgerichte
groepen,
maar
ook
tegen
een
complete
godsdienst,
overal
waar
een
boek
centraal
staat.
Met
alle
respect
voor
de
belijders
van
de
Islam:
De
bijbel
is
de
koran
niet.
Christenen
zouden
niet
moeten
geloven
in
een
boek.
De
bijbel
is
niet
rechtstreeks
uit
de
hemel
komen
vallen...
Let
op
de
manier
waarop
Luther
omging
met
de
bijbel,
met
de
onderscheiden
boeken
waaruit
de
bijbel
bestaat.
Denk
aan
zijn
kritische
lezen
van
de
Jakobus-brief.
Hij
was
een
bijbelgeleerde
die
zó
zijn
eigen
verantwoordelijkheid
nam.
Dus
geen
slaafse
onderhorigheid
aan
de
letter.
Maar
–
zijn
er
bijbelletters
die
getuigen
van
Christus
en
van
zijn
verzoenende
arbeid,
dan
moeten
wij
die
laten
staan.
Letters,
woorden,
er
zijn
er
nog
zoveel
meer...
Hoe
gaan
Nederlandse
lutheranen
daar
mee
om?
Jaarlijks
vragen
wel
een
paar
mensen
aan
mij:
hoe
denken
de
lutheranen
over
euthanasie,
en
het
vluchtelingenprobleem
en
de
allochtonen,
en
homoseksuelen
die
in
de
kerk
willen
trouwen,
en
...
ga
zo
maar
door...
Wat
moet
ik
zeggen?
Nederlandse
lutheranen
denken
heel
verschillend,
er
is
niet
zoiets
als
partijdiscipline.
En
de
Bijbel
dan?
Wij
willen
goede
leerlingen
van
Luther
zijn,
en
zijn
daarom
geen
slaven
van
de
letter.
Luther
heeft
gewaarschuwd
voor
een
al
te
vlot
naar
ons
toehalen
van
allerlei
bijbelteksten.
Aardig
is
wat
hij
zegt
in
een
preek
over
Noach
en
zijn
ark.
Wanneer
de
Heere-God
zegt:
'Ga,
en
bouw
een
ark,'
dan
gaat
u
toch
niet
een
ark
bouwen?
Nee
natuurlijk
niet,
want
deze
opdracht
is
gericht
aan
Noach.
Welnu,
zo
moet
u
bij
alle
bijbelteksten
uzelf
zorgvuldig
afvragen:
is
deze
tekst
voor
mij
bedoeld?
Tot
zover
Luther.
Het
is
een
wijze
en
leerzame
regel,
om
toe
te
passen
op
alles
wat
u
uit
de
bijbel
hoort
en
leest.
U
zult
bemerken
dat
lang
niet
alles
van
toepassing
is
op
u
en
mij.
Heel
wat
opdrachten,
verboden
en
bemoedigingen
zijn
gericht
aan
anderen
dan
wij.
Wij
zijn
toch
geen
discipelen
of
apostelen?
Ook
de
christenen
van
Rome,
Korinthe,
Efeze,
allen
aan
wie
de
apostelen
Paulus,
Petrus
en
Johannes
hun
brieven
schreven,
die
eerste
christenen
worstelden
met
ándere
vragen
dan
waarmee
wij
bezig
zijn.
Maar!
De
kern
is
dezelfde,
en
dat
is
het
Evangelie
van
Christus.
Het
is
wat
de
tweede
schriftlezing
in
deze
gedachtenisliturgie
van
de
Kerkhervorming
noemt:
het
eeuwig
Evangelie.
Sta
eens
onbevangen
jegens
woorden
die
wij
denken
te
kennen.
Zoals
vandaag
dat
woord
'evangelie.'
Laten
wij
het
beginnen
met
het
te
horen
als:
‘Goed
nieuws
dat
eeuwig
is.'
Eeuwig
wil
in
de
oude
bijbeltalen
zeggen:
wel
in
onze
tijd,
maar
zonder
gebonden
te
zijn
aan
onze
vergankelijke
tijd.
Het
is
van
Godswege,
komt
uit
Gods
tijd
die
eenmaal
onze
tijd
zal
aflossen.
Het
zal
het
volhouden,
dat
eeuwig
Evangelie
zal
het
volhouden
in
onze
tijd,
tot
de
jongste
dag.
Wij
kunnen
dit
niet
zeggen
van
elke
letter
in
de
bijbel.
Maar
het
geldt
alleen
voor
het
Evangelie
van
Christus,
dat
is
het
eeuwig
Evangelie.
Dit
behoedt
ons
voor
het
slaaf-zijn
van
de
bijbelletter,
en
ook
voor
het
eigenmachtig
knoeien
met
die
woorden.
Knoeien?
Jawel,
knoeien
met
woorden...
Er
zijn
kerkgangers,
ja
zelfs
predikanten,
vrouwen
meestal,
die
weigeren
om
God
aan
te
spreken
met
‘Heer'
of
met
‘Vader.'
Dat
zou
te
mannelijk
zijn.
Vraag
eens
waarom
zij
deze
toch
zeer
veel
gebruikte
titels
uit
de
bijbel
verwerpen.
Zij
zullen
u
antwoorden:
het
is
te
eenzijdig
mannelijk
om
zo
God
aan
te
spreken.
We
hebben
ook
een
pastorale
overweging,
zeggen
zij.
Tien,
twintig
procent
van
de
vrouwen
zijn
seksueel
misbruikt,
soms
door
hun
eigen
vader.
Vader,
heer,
dat
zijn
bedreigende
woorden.
Daarom
moeten
ze
weg
uit
de
bijbelvertaling,
weg
uit
de
gebeden
...
Het
woord
'Heer’
had
niet
mogen
worden
gebruikt
in
de
Nieuwe
Bijbel-Vertaling,
zeggen
zij.
Maar
hechten
zij
zoveel
belang
aan
tijdgebonden
titels,
dat
zij
de
bijbel
haast
willen
herschrijven?
Het
kan
nog
gekker:
in
de
grootste
boekhandel
van
Rotterdam
zag
ik
een
wetenschappelijk
studieboek
liggen.
De
auteur
is
een
vrouw
en
het
gaat
over
de
problemen
die
vrouwen
kunnen
hebben
met
het
man-zijn
van
Jezus.
Tobbers
zijn
het,
gebukt
onder
de
letter
van
de
bijbel.
De
letter
doodt,
dat
blijkt
hier
wel
uit.
Maar
de
Geest
maakt
levend.
Het
gaat
om
het
eeuwige
Woord,
het
eeuwig
Evangelie
getuigt
daarvan.
Dat
is
niet
onderworpen
aan
beperkte
spreekwijzen,
beelden
en
voorstellingen.
Ook
dat
eeuwig
Evangelie
komt
tot
ons
in
een
tijdgebonden
vorm.
Het
is
ons
overgeleverd
door
mensen,
vaak
met
behulp
van
een
visionaire
ervaring.
Dat oordeel is niet negatief, want het woord 'oordeel' ziet op een
heilzame daad van God.
Oordeel is scheiding maken, en dan op heilzame wijze. Als wij scheiding
maken... dat is meestal niet best. Wij denken te weten wie de farizeeër
en wie de tollenaar is. Niet alleen dat, ook over andere godsdiensten
hebben vele kerkmensen hun mening klaar.
Verklaren ook wij de christelijke godsdienst superieur en vinden wij
de islam een voorbeeld van een achtergebleven achteraf-godsdienst?
We hoeven het niet eens te zijn met de islam, maar ga niet proberen,
de islamieten te veranderen.
Ik las een ingezonden stuk waarin de schrijver als volgt redeneerde:
'Het is de hoogste tijd dat er in de islam ook een Luther en een Calvijn
opstaan die deze godsdienst terugbrengen tot de oorspronkelijke uitgangspunten
en de misstanden er uit halen.' Maar mag je zoiets wel zeggen over
de godsdienst van andere culturen... ?
Misschien moeten we beginnen met bescheiden te zijn: wie zijn wij,
dat wij een uitspraak doen over hoe een godsdienst zich zou moeten
ontwikkelen?
De Bijbel heeft hier en daar verschrikkelijke teksten, en datzelfde
kan ik ook zeggen van de Koran.
Maar ook hier moeten we niet blijven steken in de letters van die
heilige boeken.
Godsdiensten als het christendom en de islam zijn elk al meer dan
tien eeuwen oud.
Dáárin zit het kwaad niet. Het kwaad zit in de mens,
of hij/zij nu godsdienstig is of niet. Wanneer Jezus zegt: ‘Aan
de vruchten kent men de boom,' dan heeft hij het over ménsen,
niet over godsdiensten.
Laten wij mensen niet iedere keer bij onszelf beginnen, maar luisteren
naar het Evangelie van Christus.
Hoor vandaag naar de engel, hoor zijn goede nieuws. Er is een Allerhoogste
God die oordeelt, die scheiding maakt tussen rechtvaardigen en onrechtvaardigen.
God zij geloofd dat wij dat niet hoeven te doen! We moeten en mogen
dat scheiding maken aan Hem overlaten, toevertrouwen.
Hij over wie het oordeel, die scheiding is voltrokken, is Christus.
Hij is zelf ook het middel van scheiding, hij is 'een steen des aanstoots',
dat wil zeggen, wij verwerpen hem of wij hebben hem lief. Een tussenweg
is er niet.
Door hem oordeelt de Heere-God deze
wereld. Door hem en in hem doet de Heere-God
op de jongste dag het onrecht weg en herstelt de gerechtigheid.
Wij horen ook dat dit goede nieuws is gericht aan álle volk
en stam en taal en natie. Geen volk of ras, geen groep op basis van
godsdienst, geen politieke stroming of wat dat ook, niets of niemand
kan dit goede nieuws voor zichzelf alleen reserveren.
Een mooi detail in deze teksten is, dat de engel vliegt in het midden
van de hemel. Dat midden heet ook wel het zenith, het is het punt
waaromheen alle hemellichamen draaien. Dit detail benadrukt de universaliteit
van het goede nieuws.
Het goede nieuws wordt ons aangezegd en bewijs krijgen we niet.
Het is enkel te geloven, en dat is maar goed ook, want hoe meer wij
het zelf in de hand zouden hebben, des meer risico dat wij als hulpjes
van God gaan optreden om alvast voorbereidingen te treffen.
Een goed bericht is er om – in eerste instantie – geloofd
te worden. Het geloof, dat achter dit goede nieuws de Heere-God
zelf staat.
Omdat Hij er achter staat, daarom ook mag het genoemd worden 'eeuwig.'
Hij heeft zijn koningsregering nabij gebracht door ons Christus te
openbaren. Christus die door zijn opstandingsleven het kwaad aan het
licht heeft gebracht en dat heeft verslagen –
van die overwinning getuigt het lied van Luther dat wij nu zullen
zingen: 'Een wal die ‘t kwaad zal keren', de tweede regel uit
‘Een vaste Burcht'.
Gezang 402
LITURGISCHE
GEGEVENS VAN DEZE DAG
TERUG
NAAR DE INHOUDSOPGAVE
- Inleidend orgelspel en kerkenraadsmededelingen
- Voorbereiding op de Liturgie en toelichtend woord van de predikant
- Gezongen berijmde antifoon: Gezang 218 : 1 met onberijmde
Introïtus op de achtste kerktoon Psalm 46
- Kyrië & Gloria
- Collectagebed ( = hoofdgebed)
- Eerste lezing: Genesis 15 : 1 - 6
- Graduale: Psalm 84 : 5
- Tweede lezing: Openbaring 14 : 6 en 7
- Hoofdlied: Gezang 310
- Psalmwoord & Halleluja-gezang
- Evangelielezing: Johannes 2 : 13 - 22
- Credo Apostolicum recto tono
- Liedstrofen: Gezang 317
- Prediking 'Een eeuwig Evangelie'
- Preeklied: Gezang 401
- Dienst der offeranden en gebed over de gaven
- Voorbeden, stil gebed en Onze Vader
- Zegen
- Orgelmuziek