Dat gezamenlijke
spreken suggereert dat er een duidelijke, afgeronde 'theologie van de
euthanasie' is - maar die is er niet. De lutheranen kunnen zich opiniëren
aan een emeritus-hoogleraar die aan hun seminarium heeft gewerkt: dr C.H.
Lindijer. Hij heeft bijgedragen aan kritische meningsvorming binnen ons
kerkgenootschap en vindt nu dat de meeste lutheranen voor de euthanasiewet
zijn.
Mijns
inziens gaat het in deze wet niet over wat tegenstanders 'een hellend
vlak' noemen. Het gaat juist om zuivere en toetsbare overwegingen bij
een verzoek tot euthanasie. Zijn die niet aantoonbaar, dan dreigt het
gevaar van strafbaar handelen.
Tegenstanders
zouden het liefst nooit van euthanasie willen horen. Zij sluiten dan ogen,
oren én hart voor de noodsituaties die er in ziekenhuizen of thuis
rond sterfbedden zijn. 'Maar het leven is een gave Gods,' zo luidt de
tegenwerping. Is dit geen vrome dooddoener die de aanhangers onmondig
houdt? Een gave is geen gave als wij er niet in eigen verantwoordelijkheid
mee mogen omgaan.
W. Baan
hieronder
in samenvatting een lezing van de ethicus prof. dr F. Vosman, die adviseur
geweest van de opstellers van het wetsontwerp inzake euthanasie.
PASTORESBIJEENKOMST
OVER EUTHANASIE
De lutherse Gemeente te Bergen op Zoom is betrokken bij het ziekenhuispastoraat.
De kerkenraadsleden draaien van tijd tot tijd mee in de Liturgievieringen
en nemen deel aan het overleg. Vergaderingen moeten soms ook worden gehouden
om dit werk te bespreken.
Voor
donderdag 21 september 2000 had het team van ziekenhuispastores een bijeenkomst
georganiseerd ten behoeve van priesters, predikanten, geestelijk verzorgers
en religieuzen. Het onderwerp was de problematiek van de euthanasie waarmee
een pastor te maken krijgt.
Twee
sprekers traden aan: mevr. P. Passier, verpleeghuisarts, en dr F. Vosman,
ethicus en moraaltheoloog, hoogleraar in Tilburg. Mevr. Passier gaf een
leerzame uiteenzetting over de grondbegrippen. Het is namelijk erg belangrijk
om te weten wáár je over spreekt.
Professor
Vosman liet ons twee definities van euthanasie lezen.
Ten
eerste de officiële Rooms-katholieke (Congregatie voor de Geloofsleer,
1980): 'Onder euthanasie in strikte zin moet men verstaan een handeling
of een verzuim die uit zichzelf en met opzet de dood veroorzaakt, om zodoende
alle pijn op te heffen (...). Euthanasie ligt dus in de bedoeling van
de wil en in de manier van handelen.'
Ten
andere de omschrijving die minister van Justitie B. Korthals geeft in
het wetsvoorstel van juli 1999:
'Euthanasie
is beëindiging van het leven van een patiënt die uitzichtloos
en ondraaglijk lijdt op verzoek van die patiënt, een verzoek dat
hij of zij vrijwillig, weloverwogen doet en dat van duurzame aard is,
de handeling van de levensbeëindiging is er een die enkel door een
arts wordt gesteld'.
Wie
beide definities goed vergelijkt, valt op hoe formeel de Rooms-katholieke
is. Dit formele spreken komt door de grote nadruk die de prelaten van
de Congregatie voor de Geloofsleer leggen op het leven als gave van God.
Natuurlijk
is het iemands goed recht om vanuit geloofsovertuiging zo te spreken over
het leven. Maar er zijn voorbeelden genoeg van streng roomse families
die een stervensproces in hun midden zo lang lieten rekken, dat het een
beschamende vertoning werd. 'Het leven' moest tot elke prijs in stand
worden gehouden... maar dan is leven een doel op zichzelf en komt los
te staan van een concrete menselijke leefsituatie.
Een
groep Amerikaanse bisschoppen heeft dan ook gepleit voor een ruimer spreken
over het leven: leven als samenleven. Een patiënt heeft vaak nog
familie!
Prof.
Vosman haalde een brief aan van mgr. Wiertz, bisschop van Roermond, die
hij heeft geschreven aan zijn parochies in het bisdom Limburg. In die
brief waarschuwde hij de priesters, dat het verlenen van de ziekenzalving
(vroeger ook sacrament der stervenden geheten) aan mensen die om euthanasie
verzocht hadden, geen vanzelfsprekendheid mocht zijn. Deze brief heeft
grote opschudding veroorzaakt. Prof. Vosman was van mening, dat het vóór
en tégen nauw samenhingen. Hij had op de brief tegen, dat deze
te snel alle verzoeken om euthanasie over één kam scheerde.
Elk verzoek om euthanasie moet je apart wegen, vond hij. Maar het sterke
punt van de brief van mgr. Wiertz is, dat de ziekenzalving en het euthanasieverzoek
een totaal verschillende mensvisie inhouden. Wie om euthanasie verzoekt,
neemt als uitgangspunt de eigen autonomie. De mens neemt het heft in eigen
handen. Daarentegen worden in de sacramentsliturgie andersoortige accenten
gelegd: daar gaat het om de ontvangende, ootmoedige mens die kracht ontvangt
en richting in zijn/haar bestaan wil krijgen. Ootmoed is hier, zo benadrukte
prof. Vosman, wat anders dan onderworpenheid. Wie gelovig de ziekenzalving
ontvangt, kent zijn/haar eigen beperkingen als mens tegenover God: een
sterfelijk mens die gekomen is aan de grens van de eigen mogelijkheden.
Zonder
zich direct instemmend uit te spreken, noemde prof. Vosman de omschrijving
van minister Korthals en goed voorbeeld van wijs, voorzichtig en politiek
spreken. Nog steeds is euthanasie géén regulier medisch
handelen. M.a.w., euthanasie blijft strafbaar, ook in de nieuwe wet. Daarmee
was prof. Vosman het eens. Wel vond hij, dat de nieuwe wet veel aanleiding
geeft aan een arts, zijn eigen straffeloosheid boven het belang van de
stervende patiënt te stellen.
De
pastores in Bergen op Zoom e.o. hebben aan deze avond veel gehad. Een
bijeenkomst als deze is voor herhaling vatbaar!
W.
Baan
|