Mijn inbouwmethode van een variabele scheg in een zeer oude Mariner zeekano

Last Update: maart 2015 - nieuwe pagina


De door mij gekochte Mariner zeekano van 1985 bezit geen scheg. De boot vaart goed, maar mist duidelijk een variabele scheg. Na er eens serieus over nagedacht te hebben, heb ik besloten er zelf een scheg in te bouwen. Mijn 3 eigen gebouwde houten kajaks heb ik alle voorzien van een variabele scheg en ik kan de zelfde techniek gebruiken. Het probleem dat ik nu heb, is de bereikbaarheid.


Dit heb ik opgelost door een luik opening uit het dek te zagen. Het luikje gebruik ik later weer om de opening dicht te maken.
Na het ontwerp van de scheg met schegkast heb ik de onderdelen vervaardig. De scheg uit een PVC plaat van 6 mm dik en de kast uit wat watervast triplex. De kast heb ik tijdelijk samen geplakt met PE lijm. Daardoor kon ik redelijk de onderkant gelijk schuren en vijlen met de onderkant van de kano. Naderhand is het kast weer uit elkaar gehaald en is de lijm weer verwijderd.
Het opengewerkte dek. Hierdoor kan ik de binnenkant behandelen en de sleuf in de romp maken.
Omdat ik de epoxy zelf stevigheid wil geven, ook om bestand te zijn tegen al het water, heb ik het hout bekleed met 160 grams glasdoek en uiteindelijk 2 lagen epoxy.
Uitharden voor de uitgang van de hetelucht kachel omdat het winterse temperaturen zijn in mijn werkplaats.

Het opgevulde gat waar doorheen de schegas gestoken wordt. De achterkant is tijdelijk afgedicht met grijs tape en wat opgevuld met houtjes.
Schegkast met asje.
Door het boren van gaatjes in de onderkant, van klein naar groot, heb ik een redelijke sleuf weten te maken in de romp. Een lastig stukje omdat mijn 9 mm. boor moeilijk kon ronddraaien vanwege ruimte gebrek.
Het uiteindelijke resultaat.
Onder in de afgeschuurde romp heb ik met epoxy een groot stuk glasdoek gelijmd om het contactoppervlak te vergroten. Dit om de overgang van het oude polyester naar de houten/epoxy kast te verstevigen. Epoxy moet wel houden volgens de theorie op polyester, maar het blijven wel twee verschillende chemische materialen.
Als de epoxy bijna is uitgehard, snij ik met een Stanley mes de sleuf weer open. Als het geheel uitgehard was, zou het weer boren worden.
Het buigen van buisjes en beoordelen hoe deze 6 mm alluminium buisjes geleid moeten worden onder het dek. Het buisje wordt verlijmd met epoxy in de kast. Een 6 cm. lang PVC slangetje verbindt de buisjes. Met wat verdikte epoxy zet ik de buisjes vast op de zijkant van de boot. Lastig, omdat ik dat met spiegeltjes moet doen.
Het verlijmen van de kast gebeurd met verdikte epoxy. Met spateltjes kan ik net de hoekjes bereiken en de epoxy op zijn plek drukken.
Een foto van de verlijmde schegkast met de aangelegde alluminium buisjes om de schegdraad door te voeren.
Het uitgezaagde dekluik dient als ondersteuning om een nieuw dekluik te bouwen.
De 3 voorgesneden glasvezel doeken welke geimpregneerd gaan worden met epoxy en welke ik uit laat harden op de boot zelf ( ja, met een stukje plastic er tussen ).
Het essenhouten knopje om de schegdraad te geleiden. Deze wordt ook inwendig van epoxy voorzien. In dit houten knopje zit een RVS moertje om de M3-bout door te schroeven ten einde de schegdraad te klemmen. Leuk, heel klein pruts werk.
De gemonteerde houten schegdraad geleiding.
Omdat ik in mijn garage bij een temperatuur werk van 7 grd, wil de epoxy maar moeilijk uitharden. Het nieuwe luikje laat ik verder een aantal maanden uitharden op de boot en ik heb hem daartoe vast gezet met tape. Epoxy hardt nu eenmaal ook naar maanden nog steeds uit. Als het 20 grd is zet ik hem dan wel vast met boutjes.
Het testen op lekkage bij ons in de vijver. Een half uurtje zitten in mijn boot is zo geen straf.