Ans-Forth, de nieuwe Amerikaanse Forth-standaard, kent de volgende zes woordjes
voor het afdrukken van getallen:
. ( x -- ) core
U. ( u -- ) core
.R ( x r -- ) core ext.
U.R ( u r -- ) core ext.
D. ( xlo xhi -- ) double
D.R ( xlo xhi r -- ) double
De ANS-norm ordent de woorden in een aantal hoofdstukjes.
- CORE is de aanduiding voor de Forth-kern.
- CORE EXTENSIONS bevat woorden die als een direkte uitbreiding van de kern gezien worden.
- De woorden in DOUBLE hebben betrekking op dubbelgetallen.
- Alleen de woorden van de kern CORE zijn verplicht aanwezig, de andere zijn optioneel.
De letter
U in de punt-commando's staat voor Unsigned,
d.w.z. alle bits van het bitpatroon worden gebruikt om een positief getal samen te stellen.
Bij het grootste Unsigned getal zijn alle bits gezet.
De commando's zonder U werken met Signed getallen.
Het hoogste bit geeft daarbij aan of het om een positief of een negatief getal gaat. Een bitpatroon kan dus op twee manieren als een getal vertaald worden naar een string.
) -1 . [rtn]
) -1 U. [rtn] \ grootste Unsigned getal
De commando's die dubbelgetallen behandelen beginnen met de letter
D.
Twee getallen op Stack vormen samen een dubbelgetal.
Het bereik wordt daardoor veel groter.
Om het grootste Unsigned dubbelgetal af te drukken is een commando
DU. nodig
dat in ANS-Forth ontbreekt.
) -1. D. [rtn]
) -1. DU. [rtn] \ grootste Unsigned dubbelgetal