Marinus
Hendrikus van Geutselaar
geb Lunteren (gem. Ede) 5-6-1891
overl Utrecht 24-12-1967
kwstnr 18 Als je aan het begin van de
vorige eeuw als beroeps in militaire dienst zat, was het stichten van een gezin
uit den boze. Dus korporaal van Geutselaar verliet de
militaire dienst en
ging op 11 april 1914 als wnd wegwerker werken bij de Staatsspoorwegen, dienst
van de Weg.
Deze dienst van de Weg, later Weg en Werken, was bepaald niet de meest
aantrekkelijke afdeling van de spoorwegen waar je kon belanden, maar er moest brood op de plank
komen voor vrouw en kind en dat werd betaald van de f 1,15 per dag dat hij
verdiende. Zijn eerste standplaats was ploeg 31 op het baanvak
Gouda-Scheveningen en het gezin ging wonen in Nootdorp. Op
6 februari 1915 verhuisde het gezin naar Vleuten omdat Rinus - inmiddels in
vaste dienst - verplaatst was naar het baanvak Utrecht-Hekendorp. In dat jaar
werd hij ook beëdigd op het kantongerecht te Woerden, zodat hij als dat nodig
was een proces-verbaal kon opmaken als er zich onregelmatigheden op of rond de
spoorbaan voordeden.
Van 1921 tot eind 1930 was hij overwegwachter
op wachtpost 4. Een zenuwslopende baan: 3 minuten voordat de trein
van Utrecht CS of Woerden vertrok of doorreed kreeg de wachter een soort
kloksignaal op de post en dan ging hij op de uitkijk zitten, zag hij de
trein of hoorde hij bij mist de locomotief fluiten dan sloot hij de bomen.
Het leed voor de wachter was niet te overzien als hij om wat voor reden dan ook
de bomen niet had gesloten als de trein de overweg passeerde. In 1930 werd Rinus
teruggeplaatst naar ploeg 40 stpl Utrecht na een incident op de overweg waarbij
volgens zijn oudste dochter een bus was betrokken. De bus zou vlak voor een
trein de overweg zijn overgestoken. Op de ter beschikking staande
personeelstaat is een aparte ruimte gereserveerd voor straffen, maar daar staat
niets vermeld.
In 1941 werd hij voorwerker van ploeg 41 stpl Utrecht, later voorwerker 1 en
ploegbaas. Hij verliet de NS als ploegbaas 1.
Ruim een jaar na de Tweede Oorlog werd hem een herinneringsmedaille aangeboden
voor het meedoen met de Spoorwegstaking op 17 september 1944. Deze staking
duurde maar liefst tot de bevrijding in mei van het volgend jaar. |
Eén
van de verhalen van mijn opa:
'De dienst op de wachtpost in de nacht van zondag op maandag liep tot 4 uur
zonder dat je afgelost werd. Vanaf twaalf uur 's nachts kwam er nog
maar één trein die om ongeveer half vier volgens de dienstregeling passeerde. Daarna kon de post op slot en ging je naar huis. De aflosser
moest om zes uur de post weer openen. Dus na twaalfen zat je maar zo'n
beetje tot half vier te wachten in een warm hok barstend van de slaap.
Omdat er 's nachts nauwelijks wegverkeer was, deed ik voor de
zekerheid de overwegbomen maar dicht voor het geval ik toch weg zou
sukkelen. En inderdaad ben ik een keer in slaap gevallen; ik werd over
vieren wakker en wist verdomd niet of de trein van half vier gepasseerd
was. Telefoon was er in die tijd niet op de post dus voor de zekerheid ben
ik maar gebleven tot de aflosser om zes uur kwam.'
Dat zou me geen tweede keer meer gebeuren; voortaan legde ik steentjes op
de rails. Zakte ik dan weg in een diepe slaap dan keek ik gewoon of de
steentjes kapot gereden waren. Waren ze aan gruzelementen dan was de trein
voorbij en kon ik rustig thuis verder pitten.' |
N.V.
Nederlandse Spoorwegen
Aan het Personeel,
dat gevolg gaf aan het Stakings-
bevel op 17 september 1944.
Het is ons een genoegen U hierbij de met D.O. No.778 in uitzicht gestelde
herinneringsmedaille,welke door materiaalschaarschte niet eerder gemaakt kon
worden te kunnen aanbieden als uiting van waardeering voor Uw moedig gedrag
gedurende de spoorwegstaking.
Wij voegen hieraan toe een afdruk van de rede van den toenmaligen
Minister-President Professor Gerbrandy over de Spoorwegstaking, gehouden op 21
November 1944 voor Radio Oranje te Londen.
UTRECHT,
De Directie,
17 september 1946.
w.g. W. Hupkes
President
|
Uit
lokale krant 10-4-1954
De heer van Geutselaar viert jubileum
VLEUTEN. De heer M.H. van Geutselaar, wonende aan de Julianalaan, herdenkt
Zondag a.s. de dag, waarop hij voor 40 jaar zijn werkzaamheden bij de Ned.
Spoorwegen aanving. Begon hij zijn loopbaan als lijnarbeider te Nootdorp reeds
spoedig werd hij overgeplaatst naar Vleuten, waar hij op het baanvak Utrecht
Woerden werd tewerkgesteld.
Ongeveer 38 jaar is de heer van Geutselaar thans in Vleuten, momenteel als
ploegbaas 1e klasse.
|
Spoorfamilie?
Toen zijn broer Geurt van Geutselaar (1885-1973, ploegbaas te Woerden)
en Marinus Hendrikus waren gepensioneerd, stonden behalve mijzelf nog drie
familieleden van hem geregistreerd bij de Centrale Personeelsadministratie van NS t.w.:
neef Dirk van Geutselaar (geb. 1910, locomotorbestuurder te Woerden);
neef Dirk van Geutselaar (geb. 1914, ladingmeester te Heerlen);
zoon Dirk van Geutselaar (geb. 1919, ladingmeester te Utrecht).
Nadat indertijd mijn aspiraties om zeeman te worden min of meer in rook
opgingen, leek het spoor een redelijk alternatief; seinhuizen, stations,
goederenemplacementen trokken me wel. Mijn grootvader werkte nog als ploegbaas
bij Weg en Werken in Vleuten en aan hem werd raad gevraagd. Ik moest maar een
brief schrijven, hij zou hem overschrijven vanwege zijn mooie handschrift en
deze brief vervolgens bezorgen op het juiste plekje in de grote hoofdgebouwen.
Dat overschrijven door hem zag ik al helemaal niet zitten en dat bezorgen vond
ik toch ook een beetje lullig. Ik ontkwam niet aan een compromis: zelf een
sollicitatiebrief geschreven en opa bezorgde hem bij de ingenieur. Erg vlot liep
het allemaal niet, want er was nauwelijks behoefte aan nieuw personeel. Een jaar
later - 1954 - werd ik aangenomen als leerling stationsambtenaar in
Bodegraven.
13/1-2005
|