Elke speler is herder van een kudde schapen van dezelfde kleur: zwart, geel
rood of blauw. Het is de bedoeling om zoveel mogelijk punten te scoren. De
spelers passen elke beurt tegels aan elkaar zodat een landschap ontstaat met
weiden, dorpen en bossen. Zij proberen met de schapen in hun kleur een zo groot
mogelijke omheinde weide te maken, waar hongerige wolven niet bij kunnen. Weiden
worden door hekken en bossen omheind. Door het toedoen van andere spelers ontstaan
per kleur kleinere weiden. Echter alleen schapen in de eigen kleur in hun grootste
omheinde weide leveren uiteindelijk punten op.
De spelers verdienen bonuspunten door vroegtijdig te stoppen.
Deze uit de handleiding van het spel geciteerde inleiding dekt al behoorlijk
goed de lading. Ik wil echter puntsgewijs nog wat details uit het spel aanstippen:
Een tegel bevat een afbeelding met één of meerdere schapen
erop. Schapen in verschillende kleuren zijn van elkaar gescheiden door hekken.
Ook
zijn er op de tegels wel eens stukken bos of dorp te zien.
De tegels moeten
op juiste wijze aangelegd worden (bos tegen bos, schaapskleur tegen schaapskleur
etc.). Elke speler start het spel met 4 tegels in de hand.
Bijzonder is dat elke legtegel dubbelzijdig bedrukt is en dus op vele manieren
ingezet kan worden.
Men mag na het plaatsen een zekere hoeveelheid tegels
pakken: als men zijn tegel aanlegt aan 1 tegel, dan pakt men 1 tegel uit
de zak, als men de tegel
aanlegt aan 2 tegels, dan pakt men 2 tegels uit de zak etc.
Als een speler
een tegel met een wolf heeft, dan mag deze tegel altijd uitgespeeld worden
(dus ook wanneer men niet aan de beurt is). De wolf zit in een bos,
en wanneer deze tegel wordt neergelegd dan tellen de aanliggende schapenweiden
niet meer mee bij de eindtelling! Bovenop de wolftegel kan echter een tegel
met een jager erop worden neergelegd, die –u raadt het al- de wolf
verjaagd.
Bij de start van het spel is het onbekend wie met welke kleur speelt.
Men mag ten alle tijde ervoor kiezen om zijn kleur bekend te maken: het
voordeel daarvan
is dat men dan een bonustegel met daarop 5 eigen schapen kan inzetten.
Het nadeel daarvan is dat de medespelers vanaf dat moment de kleur, waarmee
men
speelt, kennen.
Het spel eindigt zodra de spelers geen tegels meer kunnen
spelen. Maar bepaald origineel is te noemen dat de spelers eerder kunnen
stoppen, indien
zij hun
situatie niet meer kunnen verbeteren of de anderen niet meer kunnen plagen.
De eerste die stopt krijgt een bonus van 6 punten, de tweede 3 punten
en de derde 1 punt.
Mijn
worp =
-----------------------------
Eindworp = Herders en schapen is een onderhoudend spelletje, en kent enkele
leuke elementen. Zo weten de spelers niet van elkaar wie met welke kleur speelt;
helaas is het wel zo dat men tijdens het spelen al snel kan ontdekken, aan de
speelwijze van de medespelers, wie wie is. Het vroegtijdig stoppen en het daardoor
kunnen winnen van bonuspunten vind ik een leuk idee. De graphics op de tegels
zijn cartoonesk, maar wel leuk te noemen.
Helaas wordt Herders en Schapen in zijn beoordeling ernstig beperkt door de tegels
die men in de handen heeft: deze hebben afbeeldingen aan beide zijden, en dat
maakt –zeker wanneer men veel tegels heeft- het bekijken van de tegels
lastig en irritant. Jammer, want verder is dit spel goed te pruimen.