- Maak een giststarter. Maak sap van de appels en giet dit in het gistingsvat en voeg twee
sulfiettabletjes toe.
- Was de vlierbessen, maak er pulp van, zeef het sap en giet het in het gistingsvat en dek
deze af. Giet 1 liter kokend water over de pulp van de vlierbessen en roer dit 5 minuten.
Zeef de pulp en doe het sap in het vat.
- Giet 2 liter water over beide pulprestanten en roer vijf minuten. Zeef het en doe het in
het vat en voeg twee sulfiettabletjes toe. Voeg na afkoeling het enzym toe en dek het vat
af. Voeg de volgende dag de overige ingrediënten toe en vul het volume aan tot 4,5 liter.
Laat dit vijf dagen gisten (22° C.).
- Giet de most door een zeef in een gistingsfles, plaats een waterslot en laat hem droog
uitgisten. Hevel over en herhaal dit wanneer de wijn helder is. Zet hem gedurende 24
maanden koel weg en hevel elke drie maanden over, zolang er bezinksel wordt gevormd.
|