Verwijder beschadigde en beschimmelde druiven,
verwijder de steeltjes en was de druiven goed
schoon. Maak een giststarter. Pers de vruchten
met de hand tot pulp. Voeg indien nodig suiker
toe. (S.G. moet ca. 1085 bedragen) en roer dit
erdoor. Voeg twee sulfiettabletjes toe en dek het
vat af.
Na 24 uur de gist c.q. de starter toevoegen. Zorg
er tijdens de gisting voor dat de schillen zoveel
mogelijk onder blijven. Uitpersen als de kleur
diep genoeg is. (ca.10 a 12 dagen)
Hierna de most overbrengen in een gistingsfles
met waterslot en uitlaten gisten tot S.G.995.
Overhevelen na 1 a 1.5 maand als de wijn helder
is. Bewaar hem koel en donker. Hevel om de drie
maand over.
Bottelen en nog een jaar op de fles laten rijpen.
|