Maak een giststarter. Was de kruisbessen en maak
er pulp van. Maak de rozijnen fijn en doe die
samen met de helft van de suiker in een vat. Voeg
hierbij het druivenconcentraat en het pecto-enzym
samen met 2 sulfiettabletjes en 9 liter water.
Sluit het vat goed af.
Voeg na 24 uur de andere ingrediënten toe en
laat de pulp drie dagen gisten en roer de most
geregeld door.(behalve de rest van de suiker en
de bloemblaadjes.)
Zeef daarna de most in een gistingsfles met een
waterslot en doe er na drie dagen de bloemen bij.
Voeg suiker toe als het S.G.1005 is.
Overhevelen bij een S.G. van 1015. Zeef de
bloemblaadjes eruit en hevel weer over als de
wijn helder is.
Twee jaar koel laten rusten en om de drie maanden
overhevelen.
Bottelen en nog een jaar op de fles laten rijpen.
|