Was de wortelen goed schoon maar schrap ze niet,
verwijder de uiteinden. Rasp de wortelen en doe
ze met 6 liter water in een pan. Breng dit aan de
kook en laat dit 40 minuten doorkoken.
Zodra dit is afgekoeld uitpersen en de most in
een gistingsvat doen.
Voeg de suiker toe en roer tot de suiker geheel
is opgelost.
Schil de sinaasappels en de citroenen en pers ze
uit. Voeg de schillen en het sap van de
sinaasappels en de citroenen toe samen met de
gehakte rozijnen, de tannine, de gist, het
gistvoedingszout en de zwarte peper. Roer alles
goed door.
Dek de emmer af. Laat de most twee weken gisten,
geregeld doorroeren. Hierna zeven en overbrengen
in een gistingsfles met waterslot.
Als de gisting is gestopt overhevelen en een
sulfiettabletje toevoegen.
Hierna overhevelen als de wijn helder is, daarna
nog twee keer om de drie maand.
Bottelen en nog minstens 6 maand op de fles laten
rijpen.
|