Kweken is geen kunst maar.........
RIJSTVOGELS KWEKEN IS GEEN KUNST MAAR EEN MUTANT DUSDANIG KWEKEN DAT ER NIET AL TE VEEL INTEELT EN DUS KWALITEITS VERLIES PLAATS VINDT DAT IS IETS ANDERS.

Vanwaar deze aanhef, als ik zo rond mij heen kijk bij liefhebbers die vogels in hun bezit hebben waarvan er maar weinig exemplaren in Nederland zijn dan springen mij de tranen soms in de ogen.
Wat blijkt er wordt steeds meer met broer-zus gekweekt enz. het wordt vaak als onverwant verkocht en het gevolg is dat de vogeltjes steeds kleiner worden, de vruchtbaarheid verder terugloopt enzovoort.
Maar terugkomend op de Rijstvogels, in September 1991 zag ik bij Cor van Schaik in zijn grote voliere een wat raar bont gekleurt vogeltje vliegen. In eerste instantie dacht ik dat het een nog niet op kleur zijnde witte was. Toch maar even gevraagd of hij hem wilde vangen. Het bleek inderdaad een bonte rijstvogel te zijn maar wel met afwijkende lichaams en kopkleur. De gok was of het een mutatie was of dat het een nog niet doorgekleurde witte rijstvogel was. De prijs was dusdanig dat een gokje wel gewaagd kon worden.
Deze vogel apart opgekooid tot zij wat beter in conditie was. Ja en dan ga je denken hoe zal ik dat gaan aanpakken om als het dan echt een mutatie is om die op een goede manier vast te leggen en tevens de kwaliteit en formaat van de vogels te verbeteren.
Ik had zelf al goed van formaat zijnde grijze vogels zitten en er daar een van uitgezocht waarvan ik zeker wist dat er nog nooit een bonte rijstvogel uit die stam gekomen was.
Bont vererft nogal sterk door ,vaak hebben we te maken hebben met een Dominante bontvorm,die zich uit door witte kinvlekjes.Witte vleugel- en staartpennen vererven vaak recessief.
Welke van de twee het popje bezat was natuurlijk gokken maar meestal is het wel de Dominante vorm.
Dit koppel gehuisvest in een broedkooi van 70x60x40 cm diep met daarin een grote gesloten nestkast. De eerste dagen was het knokken geblazen maar dan meer in de zin van een hoop herrie tegen elkaar maken en in elkaars poten bijten. Maar na circa twee weken begonnen ze te nestelen.
Het eerste nest bestond uit zes eitjes waarvan er vijf jongen groot kwamen.
Totaal heb ik drie nesten gefokt met totaal dertien jongen waarvan er vier bontvrij waren en de rest liet wel een bont kinvlekje zien of een witte vleugelpen.
Drie van die bontvrije bleken mannen te zijn en een was er een popje.
Ja hoe nu verder te gaan, ik had twee opties nl. broer x zus en zoon x moeder.
Ik heb toen de oudste jongen ca een maand of acht oud waren daar een bontvrije man uitgezocht en deze aan zijn moeder terug gepaard.
Zeven eitjes, zes jongen allemaal gewoon grijs. Ja en dan ga je twijfelen is het wel een mutatie ? Affijn als het een mutant was dan had ik in ieder geval weer een paar uiterlijk bont vrije jongen erbij. Want van de zes jongen zaten er weer drie bij die min of meer bont waren.
Het tweede nest bracht me vijf jongen met daarin twee lichtgekleurde exemplaren waarvan als je niet wist dat het waarschijnlijk een mutant was je zou denken dat het een vuil witte rijstvogel was. Ondertussen waren de andere rijstvogels ook broedrijp geworden en daar twee koppels broer x zus van opgezet. Het eindresultaat aan het eind van het broedseizoen dat ik totaal ca vijftig rijstvogels gekweekt had waarvan ca de helft bont was en de ander helft was ongeveer fifty fifty grijs bontvrij en de andere helft OPAAL of tewel de mutant die ik voor ogen had. Van de elf Opalen waren er maar drie mannen bij. Ik mocht dan ook voorzichtig concluderen dat de mutant recessief vererfde. Ja en dan kom je op het moeilijke punt ga je door met familie teelt of breng je er direct vers bloed in. Voor het laatste heb ik gekozen. De drie jonge Opaal mannen op onverwante forse grijze poppen gezet en daar kweekte ik vrij goede forse vogels uit die allemaal grijs waren weliswaar nog een enkele bonte erbij maar dat kwam van de man met het bonte kinvlekje af. Deze verder maar voor de kweek uitgeschakeld.
Ik had in ieder geval nu twee vliegen in een klap gevangen, nl het formaat weer wat opgekrikt en de bontfactor er weer een stukje uitgekweekt. Later bleek dit ook een gouden greep geweest te zijn. Wat nu te doen met de bonte wilde ik niet meer kweken met de kans split vogels moet je ook iets. De vogels maar op geslacht geselecteerd en eerst de mannen maar verkocht aan de handel en de poppen nog maar even vastgehouden. Maar op een bepaald moment moet je wel weer gaan ruimte maken en dus maar weer een aantal poppen richting Belgie verkocht.Het volgende kweek seizoen met de jonge vogels van het voorgaande seizoen onverwant split maar split gepaard, de bontvrije opalen aan spitten gepaard en toen lachte mij het geluk toe want uit de split maal split kwam ca 50% Opalen uit en natuurlijk gewone grijze vogels.Dit kweekseizoen en dan praat ik over Januari 1993 heb ik Opaal x Opaal gepaard en Opaal x Grijs split voor Opaal. Het merendeel van de nu geboren jongen is bontvrij. Wat mij wel opviel dat de jongen uit opaal x opaal wat lichter van kleur zijn dan opaal x grijs. Ondertussen was ik er natuurlijk ook wel achter wat de de geslachts verschillen qua uiterlijk nu waren. Als je de Isabel rijstvogel in gedachte neemt en daar de geslachtsveschillen qua kleur in ogenschouw neemt dan valt op dat de mannen wat forser van bouw zijn, de kop en buikkleur wat dieper van kleur en dat de lichaamskleur wat harder van kleur is. Nu deze uiterlijke verschijnselen doen zich ook bij deze Opaalvorm voor. De mannen zijn forser, hebben een grovere snavelbouw de buikkleur is wat dieper creme van kleur en de borstkleur is wat dieper opaal blauwgrijs van kleur. De kop en staartkleur zijn ook dieper van kleur.
Ik heb met deze mutant op diverse wijze gefokt nl. in broedkooien maar wat mij eigenlijk veel beter bevalt met drie koppels in vluchtjes van twee meter diep en ca 120 cm breed schuin aflopend onder het dak van de zolder. Op deze wijze kweken stimuleren ze elkaar enorm en gaan veel vlugger tot broeden over. Als nestmateriaal gebruiken ze afgekloven trosgierst stengels, grof hooi en als afwerking cocosvezel.
Al met al heb ik veel plezier gehad aan het vast leggen van deze mutatie en kan later bij verkoop van deze vogels met mijn hand op mijn hart beloven dat ze onverwant zijn. Ik zal zelf voorlopig om de kleur vast te houden split x Opaal blijven kweken om het formaat vast te houden en de bont factor mocht die op een of andere manier er toch nog inzitten te onderdrukken. Voorlopig heb ik maar even voor de naam Opaal gekozen gezien de kweek ervaring die ik er mee heb want hij is in ieder geval niet gekoppeld aan een andere factor .
.
.
.
.
.
.
Terug naar Kleuromschrijvingen