LONGCARCINOOM
Longcarcinoom is de belangrijkste vorm van kanker bij mannen: in Nederland krijgen jaarlijks ongeveer 9000 mensen longkanker, waarvan 90 % komt te overlijden. Roken is hierbij de belangrijkste risikofaktor. Mensen die een pakje sigaretten per dag roken, hebben 25 x meer kans op longkanker dan niet-rokers. Andere mogelijke risikofaktoren zijn luchtverontreiniging, uitlaatgassen (diesel) en radon.
Verschijnselen
Het optreden van verschijnselen wordt mede bepaald door de lokalisatie van de tumor: perifeer gelegen tumoren geven meestal geen of pas laat verschijnselen, terwijl centraal gelegen tumoren meestal wel gepaard gaan met klachten zoals: verandering van het hoestpatroon, bloed bij het sputum, vermagering, eetlustverlies, vermoeidheid, nachtzweten e.d.
Het is van belang na te gaan of er sprake is van uitbreiding naar het mediastinum, omdat in dat geval een curatieve resectie niet meer mogelijk is.Verschijnselen die kunnen wijzen op uitbreiding naar het mediastinum zijn:
ritmestoornissen, pericarditis en hartfalen door aantasting van het hart
slikstoornissen door druk op de slokdarm
vena cava superior syndroom
enkelzijdige diafragma paralyse
heesheid door beschadiging van de n. laryngeus recurrens
Tumoren gelokaliseerd in de longtop kunnen aanleiding geven tot het Pancoastsyndroom, gekenmerkt door pijn en krachtsverlies in de arm en het syndroom van Horner (ptosis, myosis en enophtalmus).
Verder kan de tumor zich ook uitbreiden naar het diafragma, wat een chronische hik tot gevolg heeft. Omdat het hikken dag en nacht doorgaat, is dit zeer vermoeiend voor de patiënt.
Voor wat betreft de uitzaaiingen op afstand zijn m.n. de lymfeklieren, hersenen, botten, lever, bijnieren en huid aangedaan.
Tot de paraneoplastische verschijnselen behoren: trommelstokvingers, het cushing syndroom en het SIADH.
Diagnostiek
Naast een X-thorax is bronchoscopie een belangrijk diagnostisch hulpmiddel. Via de bronchoscoop kan men cytologisch en histologisch materiaal verkrijgen, bovendien is het dan ook mogelijk lymfklierpuncties te verrichten.
Uitbreiding naar het mediastinum wordt onderzocht d.m.v. mediastinoscopie. Verder onderzoek naar metastasen op afstand kan gebeuren m.b.v. een echo van de lever, CT-scan van hersenen, botscan e.d.
Therapie
In principe is een curatieve therapie (een behandeling met als doel de patient te genezen) alleen mogelijk als de tumor zich nog niet heeft uitgebreid naar het mediastinum. De tumor dient operatief verwijderd te worden. Er zijn daarbij verschillende mogelijkheden: een pneumonectomie (verwijderen van de gehele long), een lobectomie (verwijderen van een longkwab) en een segmentresectie (verwijderen van een longsegment).
Als een deel van de long wordt verwijderd, is na afloop van de operatie thoraxdrainage noodzakelijk, omdat er tijdens de operatie een klaplong is ontstaan.
Prognose
De gemiddelde overlevingskans van longkankerpatienten is heel slecht: ongeveer 10% van de patienten is na 5 jaar nog in leven.