Vloeistoffen

 

Oplossen = het moleculair verdelen van de ene stof (meestal vast) in de intramoleculaire ruimte van de andere stof ( meestal vloeistof).

 

Oplosmiddel = vloeistof waarin de op te lossen stof wordt opgenomen. Meestal wordt water bedoeld.

 

Oplosbaarheid = de gewichtshoeveelheid van de stof die bij 20oC nog juist oplost in het aangegeven volume van het oplosmiddel.

Meestal wordt voor de gewichtshoeveelheid 1 gram genomen.

 

Soms:

very soluble       zeer gemakkelijk                       Minder dan 1 ml om 1 gram in oplossing te brengen.

freely soluble     gemakkelijk                              1-10 ml om 1 gram in oplossing te brengen

soluble             oplosbaar                                 10-30 ml om 1 gram in oplossing te brengen.

sparingly soluble weinig oplosbaar                     30-100 ml om 1 gram in oplossing te brengen.

slightly soluble  moeilijk oplosbaar                     100-1000 ml om 1 gram in oplossing te brengen.

very slightly soluble zeer moeilijk oplosbaar        van 1000 tot 10000 ml om 1 gram in oplossing te brengen.

practicly insoluble nagenoeg onoplosbaar           meer dan 10000 ml om 1 gram in oplossing te brengen.

 

 

Oplosbaarheid zoeken we op in:

Nederlandse farmacopee

Martindale

Mercks Index.

 

Verzadigde oplossing: een oplossing waarin de maximale hoeveelheid stod die op kan lossen, is opgelost. Een oplossing waar nog stof in kan oplossen noemen we onverzadigd. Een oplossing waarin meer is opgelost dan volgens de oplosbaarheid mogelijk is (bijvoorbeeld door verwarmen en voorzichtig weer afkoelen) noemen we oververzadigd.

Temperatuur: leer de volgende schalen:

 

vrieskast: < -15oC

koelkast: 2-8oC

koud of koel: 8-15oC

kamertemp: 15-25oC.

 

Verwarmen: temperatuur verhogen tot maximaal 100oC.

 

Verhitten: temperatuur verhogen boven 100oC

 

Indampen: verwijderen van vloeistof door verwarmen.

 

Concentratie: de sterkte van een oplossing uitgedrukt als het aantal delen opgeloste stof per 100 delen eindprodukt.

 

% g/g   Hoeveel suiker bevat 200 ml sirupus simplex met een concentratie van 63% g/g r.d. = 1,3

% g/v

% v/v

% v/g

 

Verdunnen: toevoegen van meer oplosmiddel om de concentratie te verlagen.

 

Filtreren: verwijderen van onopgeloste deeltjes door de vloeistof door een filter te laten lopen.

Filters die gebruikt kunnen worden zijn:

  1. watten
  2. filtreerpapier
  3. gaasje of doek
  4. membraanfilter

 

Oplossnelheid vergroten door:

  1. stof fijn wrijven.
  2. roeren of schudden.
  3. verwarmen, echter bij afkoelen kan de stof weer uitkristalliseren.

 

Verwarmen doen we op het waterbad, waarbij de fles in het water wordt gehangen. De temperatuuroverdracht is niet zo snel en de temperatuur zal niet die van het water bereiken.

Op een kookplaat verwarmen kan ook, maar het oplosmiddel bereikt gauw het kookpunt. Dit noemen we verhitten.

 

 Bij oplossen van meerdere vaste stoffen: altijd stof voor stof oplossen en altijd kijken of de vorige stof is opgelost.

Sterk werkzame stoffen apart oplossen in een maatkolfje.

 

Stoffen die moeilijk oplossen of langzaam oplossen altijd apart in een erlenmeyer of bekerglas oplossen alvorens in de fles te doen.

Hetzelfde geldt voor sterk werkzame stoffen.

Kolfjes in deze gevallen 3x naspoelen.

 

na bereiding altijd controleren op helderheid en homogeniteit. Is de fles schoon?

 

In het algemeen:

Vloeistoffen voor orale toediening:           dranken

                                                           emulsies

            systemische effecten                solubilisaties

                                                           suspensies

                                                           druppels

                                                           stropen

                                                           aftreksels

 

Vloeistoffen voor dermale toediening:      emulsies

                                                           lotions

                                                           smeersels

            lokale effecten                         gels/slijmen

                                                           oplossingen

                                                           collodia

                                                           shampoo

 

Voordelen vloeibare toedieningsvormen:

    1. dosering kan eenvoudig worden aangepast.
    2. gemakkelijk toe te dienen
    3. vaak snellere werking en betere beschikbaarheid
    4. eenvoudige “op maat” bereiding.

 

Nadelen vloeibare toedieningsvormen:

  1. beperkte houdbaarheid
  2. bij suspensies moet de patiënt telkens omschudden om een juiste hoeveelheid geneesmiddel binnen te krijgen.
  3. slecht smakende stoffen of maagwand irriterende stoffen beter niet in een drankje.
  4. ongewenst gebruik of overdosering komt eerder voor.

 

Samenstelling vloeibare toedieningsvormen:

    1. Basisvloeistof of constituens: meestal water, soms vermengd met stroop, sorbitoloplossing, alcohol of propyleenglycol. Soms alcohol, olie of ether(collodium).
    2. Werkzame stof. Afhankelijk van oplosbaarheid ontstaat een heldere vloeistof of een dispersie.
    3. Hulpstoffen, bijvoorbeeld verdikkingsmiddelen, conserveermiddelen, smaakstoffen, etc.

 

 

Naamgeving:

 

uitwendig

op de huid                                           

 

Aanstipvloeistof                                                collodium

creme                                                              cremor

emulsie voor cutaan gebruik                              linimentum

gel                                                                  mucilago

oplossing voor cutaan gebruik                            solutio

                                                                       shampoo

suspensie voor cutaan gebruik                           lotio = schudsel

 

op de slijmvliezen

 

                                                                       desinfectiemiddelen, oplossingen

                                                                       gel voor dentaal gebruik

                                                                       gel voor oromucosaal gebruik

gorgeldrank                                                      gargarisma

mondspoeling                                                   collutio

neusdruppels                                                   rhinoguttae

                                                                       neussprayvloeistof

vloeistof voor inhalatiedamp                               vapores

 

Inwendig

drank                                                               mixtura, mixtuur, potio

druppels voor oraal gebruik                                guttae

emulsies voor oraal gebruik                               emulsum

stroop                                                              sirupus

                                                                       solubilisaties

suspensie voor oraal gebruik                              suspensio

aftreksel                                                          infusus of tinctuur

 

Oplosmiddelen

 

Aqua communis = kraanwater

Aqua purificata = aqua destillata of aqua demineralisata

Aqua ad iniectabilia

 

Aqua purificata moet worden gebruikt als:

-          het voorgeschreven is

-          toegepast in het oog (oogwassingen en oogdruppels)

-          geneesmiddelen gesteriliseerd moeten worden

-          crèmes en klysma’s.

 

Water van goede microbiologische kwaliteit:

-          goed doorstromend water

-          gezuiverd water dat tevoren is gekookt of gefiltreerd door 0,2 of 0,45 mm.

-          vers gedestilleerd water.

 

Alcohol

 

Spiritus fortior    Alcohol 95-96% v/v

Spiritus             Alcohol 90% v/v

Spiritus dilutus  Alcohol 70% v/v

 

Alcohol ketonatus is alcohol, ongeschikt voor consumptie. Door toevoeging van o.a. bergamotolie vervalt de accijns op alcohol.

Stoffen die oplosbaar zijn in alcohol:

kamfer

levomenthol

resorcinol

salicylzuur

barbitalen

vluchtige oliën

 

Polyethyleenglycol(PEG), propyleenglycol, glycerol

 

PEG heeft verschillende molecuulmassa’s.

<700: vloeibaar

>1000: vast

 

Propyleenglycol prima oplosmiddel voor stoffen die in water onvoldoende oplossen.

Daarnaast als humectans in dermatica.

 

Glycerol heeft zoetige smaak. Zeer hygroscopisch oplosmiddel.

Glycerol 85% = glycerine = minder hygroscopisch en dus beter houdbaar.

Gebruikt in dranken als smaakversterker en als conservans.

 

Sorbitol

Meerwaardig alcohol met zoete smaak. In de handel als 70% oplossing. Twee soorten:

 

  1. cristallisabile: grotere zuiverheid
  2. non-cristallisabile

 

Sorbitol 70% is een oververzadigde oplossing.

 

Stropen

oplossingen met 63% g/v suiker. Relatieve dichtheid = 1,3.

Meestal geconserveerd met 0,1% methylparahydroxybenzoaat. = methylparabeen

 

Suiker heeft een oplosbaarheidsbevorderende werking.

Daarnaast verzachtende werking in hoestdranken.

Stropen nooit op de vlam verwarmen.

 

Vette oliën

Bijvoorbeeld als oplosmiddel in vitamine A en D druppels.

Zowel natuurlijke als synthetische oorsprong:

Amygdalae oleum ( amandelolie), Arachidis oleum (pinda olie), Olivae oleum (olijfolie), Rapae oleum (rapenolie), sesami oleum (Sesam olie), sojae oleum (Soja olie)

 

Synthetisch bereid: triglycerida saturata media = Mygliol 812

 

Paraffine

Koolwaterstof.

Paraffinum liquidum (vloeibaar) en paraffinum perliquidum (dikvloeibaar) en paraffinum solidum (vast). Met name in dermatica. Soms als laxeermiddel, met alle nadelen van dien.

 

Ether

lipofiel, vluchtig en zeer brandgevaarlijk. Als snel verdampend oplosmiddel gebruikt.

 

 

 

terug naar homepage