Hier de veldsprinkhanen met slechts vleugelstompjes en de meeste met
een knobbel tussen de voorpoten.
Al deze soorten komen niet in Nederland en België voor. M.
alpina komt het dichts bij onze grenzen voor, namelijk in het Zwarte Woud en
de Vogezen. De meeste soorten bewonen bergen, enkele komen in de warmere
delen van Zuid-Europa voor.
Voorkomen: niet in NL, B. Bergen.
Adult: relatief bleke, geel-rode soort; vleugels
zeer klein.
Man: relatief slank.
Vrouw: bruine kleur met her en der rode tinten,
achterlijf zeer dik.
geluid: geen.
Habitat: bergweiden van hogere bergen.
Volwassen en zingend: zomer
Podisma
dechambrei: vleugeltjes iets langer dan bij P. pedestris, tot
de achterrand van het tweede achterlijfsegment reikend. Vrouwtjes met
dubbele stippellijn met zwarte stippen op rug.
Podisma
amedegnatoae: in
Zuid-Frankrijk tussen Mont Ventoux en Sisteron: manlijke furcula breed
ingesneden, twee smalle tanden aan de zijkant overlatend (bij P. pedestris scherp
ingesneden, met brede driehoekige tanden).Vrouwtjes met dubbele
stippellijn met zwarte stippen op rug.
Voorkomen: niet in NL, B. Bergen.
Adult: groen, zwarte soort; relatief klein;
vluegellengte varieert geografisch.
Man: slank met bol, donker koppie; zwarte
achterknieen met lichte band ervoor.
Vrouw: dik groen achterlijf, borststuk met zwarte
zijstreep.
geluid: geen.
Habitat: bosranden en bergweiden van middelgebergte
(Vogezen, Zwarte woud, Alpen, Karpaten, etc.)
Volwassen en zingend:
Voorkomen:
Zuidoostelijke Alpen. Niet in Nl, B. Adult: lijkt
sterk op Miramella
alpina, maar vleugels langer: ze raken elkaar aan de
bovenzijde en komen tot ongeveer eenderde van het achterlijf. Habitat:
struiken, bosranden en hoge kruiden in relatief vochtige omstandigheden. Volwassen:
juni-oktober.
Cophopodisma pyrenaea
Endeem van de Pyreneën, die op grote hoogte gevonden wordt.
Dit vrouwtje zal op de Col de Tourmalet, waar de weg boven de 2000
meter de
pas overgaat.
Odontopodisma fallax
De sprinkhaan op de foto is O. fallax,
gedetermineerd op basis van verzameld materiaal. Op de foto is dit niet
te zien: de Odontopodisma-soorten
zijn alleen op kenmerken van de achterlijfspunt te scheiden. Deze
sprinkhaan kwam massaal voor op de Zagradski Vrh, een 1185 meter hoge
kalkbergtop ten oosten van Cirkvenica in Kroatie. De soort was vooral
vanaf ongeveer 900 meter algemeen.
Odontopodisma schmidti
In Crna Mlaka (Kroatie) kwam ik deze Odontopodisma
tegen, die
op een aantal plekken in aantal op de braam zat. Ze zaten op de
bladeren en op de stengels. De determinatie is gesteld op verzamelde
mannetjes.
Pezotettix cf. giornae
Deze kleine bruine sprinkhanen met zeer kleine vleugels worden vaak
voor de juveniel van andere soorten gehouden. Merk echter de
zwart-witte streping van de binnendij op. Dit exemplaar is niet
meegenomen, zodat een zekere determinatie niet te geven is, echter P.
giornae is de meest gewone soort in Spanje.
Gomphoceridius brevipennis
Mogelijk mannetje G. brevipennis, een soort die in
de Pyreneën hoog in de bergen voorkomt. Aan de vleugels te
zien denk ik dat dit exemplaar nog (net) niet volwassen is
(achtervleugels liggen op voorvleugels, zie aanhechting). De soort
houdt korte vleugels, die nog slechts iets langer worden.