Gebed [2]

Heer, ik kan niet bidden nu,
want bidden doet zo'n pijn.
Waarom moet mijn leven
een beproeving zijn.

Heer ik kan niet bidden nu,
ik heb moeite met het leven.
Door het verdriet dat ik soms heb,
U moet me maar vergeven.

Heer ik kan niet bidden nu,
al weet ik, ik moet door.
Maar als ik ooit weer bidden kan,
vind ik bij u gehoor.