syrnicia.sy

Home Nieuws E-mail Taalkeuze
Zoeken Links 18-06-2260
15:51:47

 

 

 

 

Welkom in Surnichië

 

Geschiedenis

700 - 1800

Vanaf de 8e eeuw leefden de Vikingen in het gebied dat nu Surnichië heet. Noorwegen ontwikkelde zich toen als een centraal bestuurde staat. In 1028 werd Noorwegen veroverd door koning Knut van Denemarken. Na zijn dood werd Noorwegen weer onafhankelijk en ontwikkelde zich tot een machtige staat met veel kolonies. Van 1319 tot 1380 was Noorwegen verenigd met Zweden in de Unie van Kalmar en vanaf 1397 kwamen er steeds hechtere banden met Denemarken. Vanaf 1536 werd Noorwegen volledig geregeerd door Denemarken. Er kwam een periode van bloei waarin ook de Republiek der Verenigde Nederlanden een rol speelde.

1800 - 1950

Bij de Napoleontische oorlogen koos Denemarken de kant van Frankrijk. Hierdoor werden Denemarken en Noorwegen door Groot-Brittannië geboycot. Het economische isolement versterkte het nationale gevoel van de Noren. Ze wilden onafhankelijk worden, maar bij de vrede van Kiel in 1814 werd Noorwegen aan Zweden toegewezen. Op 17 mei van dat jaar kwam er een grondwet die de absolute macht van de koning beperkte. Ook werd bepaald dat Zweden en Noorwegen door één koning geregeerd werden, maar verder onafhankelijk en gelijkwaardig aan elkaar waren. In de praktijk was Zweden echter veel machtiger dan Noorwegen. De Noren eisten meer zeggenschap over hun consulaten. Dit leidde tot conflicten met de koning en met Zweden. In 1905 werd de Unie verbroken. Tot de Eerste Wereldoorlog bleven de verhoudingen tussen beide landen gespannen. Tijdens de oorlog zochten de neutrale staten meer toenadering omdat ze dezelfde economische belangen hadden. In de Tweede Wereldoorlog wist Noorwegen echter niet lang neutraal te blijven. In 1940 viel Duitsland het land binnen, en installeerde de Duitse vazal Quisling als minister-president. In 1945 werd Noorwegen bevrijd.

1950 - 2200

In de tweede helft van de 20e eeuw raakte de bevolking verdeeld over de vraag of Noorwegen toe moest treden tot de Europese Gemeenschap. De einduitslag van verschillende referenda was steeds negatief. De Europese Gemeenschap en later de Europese Unie werd in de loop van de jaren steeds verder uitgebreid, maar Noorwegen trad niet toe. In 2075 brak er voor het eerst weer een wereldoorlog uit. Bij deze kernoorlog vielen miljoenen slachtoffers over de hele wereld en vele westerse landen lagen in puin. Ook Noorwegen kwam niet ongedeerd uit de strijd. De economie was onherstelbaar aangetast en het land telde honderdduizenden werklozen. Velen emigreerden naar het vasteland van Europa in de hoop op een beter leven. In 2103 had zelfs het grootste deel van de Noorse en Zweedse bevolking hun land verlaten. In 2104 werden de regeringen van Noorwegen en Zweden ontbonden, en werd het hele gebied onbewoonbaar verklaard. Alleen in het uiterste noorden stichtten de Samen een eigen staat. De rest van het gebied kwam onder toezicht te staan van een internationale commissie, dat in de praktijk een louter administratieve functie had. De wereld kampte sinds de oorlog echter met grotere problemen, en het gebied raakte in de vergetelheid. Bestuur was er niet meer, maar er leefde nog wel een kleine groep mensen, die geheel zelfvoorzienend leefden. In 2140 viel Rusland Finland binnen en vele Finnen en Samen vluchtten naar het westen. Zo kwamen ze terecht bij de groep Noren en Zweden die verspreid over Scandinavië leefde. In de loop van de tijd vormden zich weer hechte gemeenschappen. Omdat de verschillende bevolkingsgroepen elkaar niet konden verstaan, ontwikkelden ze een eigen taal. Een groep mensen die zich rond het verlaten Noorse stadje Seljord hadden gevestigd, besloten er een nieuwe stad te bouwen. De naam van die stad werd Jelnur (Jelnyr), een verbastering van Seljord. De nieuwe gemeenschappen stelden weer een bestuur in van de opnieuw bevolkte gebieden. In 2153 werden die gebieden verdeeld in drie onafhankelijke staten, met elk een eigen bestuur van mensen die zich hadden opgewerkt tot leiders van de gemeenschappen: Surnichië (Syrnícíá), met vooral Noren en Finnen, Raawik, met vooral Zweden en Finnen en Valkurt (Valkyrt), met vooral Samen. De aristocratische leiders streefden naar welvarende zelfvoorzienende staten die altijd neutraal bleven in internationale conflicten. In 2175, bij het uitbreken van de vijfde wereldoorlog waarbij wereldwijd joden vervolgd werden, bleven de drie landen dit ook, maar ze leverden wel onderdak aan vluchtende joden.

2200 - 2225

De zelfvoorziening van Surnichië kwam steeds meer in de problemen, doordat er te weinig landbouwgrond beschikbaar was en door een tekort aan arbeidskrachten in de industriesector. Hierdoor was de regering genoodzaakt internationale handelsrelaties aan te binden. Het eerste handelsverbond was tussen Surnichië, Raawik en Valkurt: de KEPS. Dit bleek niet voldoende en al gauw werden relaties aangeknoopt met onder andere het Verenigd Koninkrijk en Canada. Ondertussen was de Surnichische bevolking ontevreden over de aristocratische regering. Ze eisten democratische verkiezingen. Na verscheidene volksopstanden werd in 2203 de republiek uitgeroepen. De eerste president was Lýdó Doc, afkomstig uit de protestpartij PPD. Hij is nog twee keer opnieuw gekozen en is met 12 jaar ook de president die tot nu toe het langst aan de macht is geweest in Surnichië. Na Lýdó Doc werd een vrouw als president gekozen. Iets wat in de geschiedenis van Europa lang niet meer voorgekomen is. Hierna zouden tot nu toe nog één vrouwelijke en drie mannelijke presidenten volgen.  

2225 - 2260

In 2230 brak de zesde wereldoorlog uit toen Rusland Oost-Europa binnenviel. Het lukte Rusland een groot deel van Oost-Europa te veroveren. Surnichië bleef weer neutraal. Ondertussen waren boten met groepen Groenlanders bij de kust van Surnichië aangekomen. Zij waren gevlucht uit hun land omdat de Amerikanen het gebied aan het koloniseren waren. Onder de smeltende ijskap kwam namelijk zeer vruchtbare grond tevoorschijn. Surnichië verleende de vluchtelingen onderdak, maar de asielregeling en de grenscontroles werden wel aangescherpt. In 2259 werd Iñmar Veíjrhávn president. Hij stelde zich meer open voor het buitenland, en zorgde voor een openere internationale politiek.

Geschiedenis
Cultuur
Taal
Natuur en Milieu
Politiek
Economie
Reizen en Toerisme
Kaarten