De barrièrefunctie is hét geheim van het condoom. Het voorkomt dat er schadelijke ziektekiemen (virussen, bacteriën, schimmels) of ongewenste stoffen (sperma met zaadcellen of ziektekiemen) worden getransporteerd tussen twee partners tijdens een seksueel contact.

Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA's)

Naast het voorkomen van zwangerschappen is het condoom vooral bedoeld als bescherming tegen seksueel overdraagbare aandoeningen. Dit is een groep ziekten die alleen maar via bloed of lichaamsvocht kunnen worden overgebracht. De reden daarvan is dat de betrokken virussen en/of bacteriën buiten het lichaam direct of vrij snel doodgaan. Deze ziekten kun je niet oplopen via deurknoppen, wc-brillen, of een hoestbui.

Verblijfplaats van deze ziektekiemen

De betrokken ziektekiemen bevinden zich in bloed, sperma, wondvocht en in mindere mate in speeksel en voorvocht. Een gave huid is een uitstekende barrière tegen deze ziektekiemen, maar wees voorzichtig met open wonden of natte eczeemplekken.

deze bruidegom overdrijft de boel een beetje!

Manier van verspreiden

De enige manier waarop deze ziekten zich kunnen verspreiden is via direct contact tussen de lichaamsvloeistoffen van twee mensen.

• Drugs spuiten: valt buiten dit kader, maar is de zekerste manier om deze ziekten over te brengen. Gebruik zeker een condoom als je je partner verdenkt op drugsgebruik.
• Anaal contact (kontneuken): Een hele riskante vorm van seksueel contact, omdat het slijmvlies van de anus eigenlijk te kwetsbaar is voor seks, en heel snel beschadigd kan worden bij seksueel contact. Deze beschadigingen bloeden vaak en zijn daardoor een directe toegangspoort voor ziektekiemen die in het sperma aanwezig zijn. Andersom kunnen ziektekiemen in het bloed van de passieve partner makkelijk een besmetting veroorzaken via de penis en pisbuis van de actieve partner.
• Vaginaal contact (neuken): De kans op besmetting is wel een stuk minder dan bij anaal contact maar toch nog aanzienlijk. Vooral als de slijmvliezen van de betrokken partners niet gaaf zijn (wondjes, ontstekingen).
• Oraal-genitaal contact (beffen, pijpen, rimmen): De kans op besmetting is bij deze technieken niet extreem groot, maar neem toch het zekere voor het onzekere en gebruik ook hierbij een condoom of beflapje. De gevaarlijkste momenten zijn het klaarkomen in de mond en het beffen tijdens de menstruatie.
• Zoenen kan geen kwaad, evenmin als aftrekken en vingeren (tenzij de huid van je handen duidelijk beschadigd is door bijvoorbeeld eczeem)

Belangrijkste SOA's (seksueel overdraagbare aandoeningen)

• Chlamydia: Een bacteriële besmetting die vaak ongemerkt wordt opgelopen en zelden klachten geeft. Vooral bij vrouwen is het een gevaarlijke aandoening omdat de besmetting kan leiden tot onvruchtbaarheid door littekenvorming in de eileiders. (Vandaar de schijnbaar tegenstrijdige leuze: gebruik condooms als je later kinderen wilt krijgen). De besmetting is goed behandelbaar met antibiotica. Eventueel ontstane littekens kunnen zonodig operatief verholpen worden.
• HIV: Op den duur leidend tot AIDS. HIV is niet vreselijk besmettelijk, maar als je eenmaal besmet bent dan ga je er vroeger of later onherroepelijk dood aan. Genezing is onmogelijk. Wel kan tegenwoordig het verloop van de ziekte sterk vertraagd worden door middel van zeer zware medicijnen.
• Hepatitis-B: Zeer besmettelijk, geeft een lichte tot zware leverontsteking (geelzucht), en geneest bij een aanzienlijk aantal mensen niet. Deze mensen worden 'drager' en zijn levenslang besmettelijk. Op latere leeftijd kan de lever onherstelbaar beschadigd raken of kan je leverkanker krijgen. De besmetting is moeilijk te behandelen.
• Syfilis: Een bacteriële besmetting die goed te behandelen is met antibiotica, mits je er op tijd bij bent. Als je niet behandeld wordt kunnen in de loop der jaren allerlei organen aangetast worden.
• Gonorrhoe (druiper): Goed behandelbare bacteriële besmetting, geeft vaak duidelijke klachten zoals brandende pijn bij het plassen en vooral bij mannen afscheiding van pus uit de urinewegen (vandaar de naam).
• Herpes Genitalis: Te vergelijken met een koortslip maar dan op geslachtsdelen. Bijzonder hinderlijke aandoening maar niet gevaarlijk. De klachten zijn met medicijnen te verzachten, de besmetting raak je nooit meer kwijt.
• Genitale wratten: bloemkoolachtige wratten op penis, schaamlippen en rond de anus. Geen echte geslachtsziekte omdat het ook op andere manieren verspreid kan worden, maar de meest voorkomende weg van besmetting is toch seksueel contact. Op zich niet gevaarlijk, maar wel hinderlijk en ontsierend. Kan behandeld worden.
• Schaamluis (platjes): Eigenlijk geen echte SOA, maar wordt wel vaak tijdens seksueel contact overgedragen. Dit zijn hardnekkige beestjes die zich in je schaamhaar nestelen en een hinderlijke jeuk veroorzaken. Dit is de enige seksueel overdraagbare aandoening waarbij een condoom niet helpt. De kwaal is echter gemakkelijk te genezen met uitwendige middelen.
• Schurft (scabies): Ook een beestje. Het graaft zich in in de huid, vooral de penis is een geliefde verblijfplaats en geeft vreselijke jeuk. Ook deze aandoening laat zich gemakkelijk behandelen met uitwendige medicijnen.
• Andere zichtbare afwijkingen aan de gelachtsorganen: Veel jongens en meisjes maken zich zorgen omdat er wratjes, bultjes of andere ongeregeldheden aan de geslachtsorganen te zien en te voelen zijn. Meestal gaat het om onschuldige aandoeningkjes die niets met geslachtsziekten te maken hebben en vaak zijn het 'normale' afwijkingen: geen twee mensen zijn hetzelfde. Mocht je je ongerust maken, loop dan even langs de huisarts, die kan je dan uitleggen wat het is en je geruststellen.