Veerboten:
Als je in Noorwegen in het fjordengebied reist zul je vroeg of laat een keer op een veerboot moeten. Het bevalt ons het best om de motor op de zijstandaard en in de eerste versnelling te zetten en wel aan de linkerkant van het schip. De zijstandaard zit immers ook aan de linkerkant van de motor, bovendien helt de scheepsvloer ook iets af naar de zijkant toe. Tevens hebben wij sjorbanden bij ons waarmee we de motor aan de scheepswand vastzetten. Als er ergens een stuk hout ligt schop je dat vast onder het achterwiel. De motor kan nu niet voor- of achteruit door de eerste versnelling en het stuk hout, hij kan niet naar links vallen omdat hij op de zijstandaard staat en hij kan niet naar rechts vallen omdat de sjorbanden hem tegenhouden. Mocht je een keer een kapitein treffen die wat ruw afmeert dan staat jouw motor in ieder geval nog overeind.
Kamperen en parkeren onderweg:
Zorg dat je een campingcarnet hebt (te verkrijgen bij de ANWB en ook het KNMV), er wordt bijna altijd naar gevraagd en bovendien hoef je dan je paspoort niet af te geven en soms krijg je ook korting. Malse grasveldjes voor de tent zijn in Scandinavië zeldzaam. Neem daarom wat extra stevige pennen mee die niet gauw krom gaan en voor de bescherming van de onderkant van de tent een grondzeil waar je de tent op kunt zetten. Neem voor je motor ook een stukje watervast multiplex (12mm dik) van ongeveer 10 bij 14 cm mee om onder je zijstandaard te doen. Zet de motor op een camping nooit op de middenbok hij zal altijd of naar de een dan wel naar de andere kant wegzakken vooral als het een nachtje heeft geregend. De kwaliteit van het asfalt is in sommige landen niet zoals die in Nederland. Het kan gebeuren dat als je de motor op het asfalt op de zijstandaard wegzet, hij wegzakt in het asfalt. Als je de motor daarom langere tijd onbeheerd achter moet laten doe dan ook op asfalt het stukje multiplex onder de zijstandaard!
HOME
©Bert Duinkerken