|
||
Naar bastion
|
Gebouw R. Mortierkazematten (Bastion Promers)
|
|
Plattegrond (situatie 1879)
Begane grond: 1. Toegang. 2 en 3. Toiletten. 4. Gang. 5. Bergplaats (met hijstoestel naar bovengelegen schuilplaats). 6. Buskruitmagazijn. 7. Munitiemagazijn (projectielen). 8. Verblijf onderofficieren. 9. Officiersverblijf. 10, 11 en 12. Kanonkelders (mortieren)
Voorgevel met bovengelegen schuilplaats Dit gebouw is aangelegd in 1875-'77 als onderdeel van de vernieuwing van de vesting. Het ligt onder borstwering in de punt van het bastion. Achterin het gebouw liggen naast elkaar drie kanonkelders voor mortieren. Het gebouw is vrijwel gelijk aan het gebouw met drie kanonkelders op bastion Turfpoort (Gebouw Y). De kanonkelders liggen net zoals daar als het ware in een kuil: de borstwering vóór het gebouw daalt steil af naar de schietgaten. Die zijn daardoor geheel onttrokken aan het zicht van een mogelijke aanvaller. Vuren vanuit zo'n opstelling was mogelijk omdat de mortieren die in de kanonkelders stonden opgesteld schuin omhoog schoten. Vanuit het gebouw kon de voor het bastion gelegen Amersfoortsestraatweg onder vuur worden genomen, de belangrijkste toegangsweg tot de vesting vanuit het zuiden. Twee van de kanonkelders hebben munitienissen. De schietgaten zijn dichtgemetseld.
Dichtgemetselde schietgaten van de kanonkelders De ingang van het gebouw ligt op het middenterrein van het bastion. De voorgevel heeft twee gebogen vleugelmuren. Aan weerskanten van de ingang zijn toiletten: links voor de manschappen, rechts voor de officieren. De toiletten zijn herkenbaar aan de ronde deksels van de beerputten die direct voor de ingangen zijn aangelegd. Vanaf de ingang loopt een brede, ruim 25 m lange gang door het hele gebouw heen naar de rechter mortierkelder. De gang was tevens manschappenonderkomen. Links ervan ligt achter de middelste mortierkelder, een verblijf voor onderofficieren, met daarachter een munitiemagazijn met projectielenrekken en een buskruitmagazijn voor 129 ton buskruit. Naast het munitiemagazijn is een portaaltjes met een trap (een zogenaamd ladderlokaal) vanwaar men de bovengelegen schuilplaats kon bereiken. Vanuit de brede gang naar de rechter mortierkelder loopt een zijgang om de munitiemagazijnen heen naar het officiersverblijf achter de linker mortierkelder. De munitiemagazijnen zijn alleen via deze zijgang te bereiken. Met een hijslift achterin het projectielenmagazijn kon munitie naar de bovengelegen schuilplaats worden overgebracht.
Schuilplaats met trap en ingang De verdieping van het gebouw heeft slechts één, rechthoekig lokaal en diende als schuilplaats. Het lokaal is 9 m lang en 3,5 m breed. De ingang van de schuilplaats komt uit op de walgang achter de borstwering van het bastion. Voor de ingang ligt een opvallende 3,5 m brede trap. In het gebouw konden 32 manschappen, 3 onderofficieren en 1 officier worden ondergebracht. De verblijfsrruimten hebben openingen naar luchtkokers en konden met kachels worden verwarmd. De kruin van de aarddekking ligt iets onder 11 m boven NAP. |
||
Naar bastion Promers Naar begin |