ZONDAG 23 SEPTEMBER

Vanochtend bezoeken we New Delhi. We beginnen met de niet ver van ons hotel gelegen Lakshmi Narayantempel die in 1938 door de rijke industrieel Birla werd gebouwd. Deze aan Vishnu en zijn gezellin Lakshmi gewijde tempel staat open voor iedereen, ongeacht kaste of religie.

Hierna gaan we naar het centrum van New Delhi dat begin 20e eeuw is ontworpen door de Britse architect Lutyens. We rijden langs de regeringsgebouwen (verboden te stoppen), de ministeries en door de woonwijk van de ministers en hoge ambtenaren. Indrukwekkend is het vergezicht over het weidse Rajpath richting India Gate. Op Rajpath worden militaire parades gehouden.

Aan het einde van Rajpath staat India Gate, een triomfboog met de namen van de 90.000 soldaten van het Brits-Indische leger die zijn gesneuveld in de Eerste Wereldoorlog. Er onder brand een vlam voor de onbekende soldaten die in de Indo-Pakistaanse oorlog van 1971 omkwamen. Op de enorme grasvelden rond India Gate en Rajpath wordt zondags druk gecricket en gevoetbald door de bevolking.

Ons volgende doel is de graftombe van de Mogolvorst Humayun uit 1565. Het mausoleum ligt in een symmetrische vierkante tuin en heeft een hoogte van 43 meter. Het is een van de vroegste voorbeelden van de Mogolbouwkunst in India.

15 Km ten zuiden van New Delhi ligt het Qutab Minarcomplex. Belangrijkste bezienswaardigheid hier is de 73 meter hoge Qutab Minar of Overwinningstoren waarvan de bouw in de 12e eeuw door de islamitische generaal Qutb-ud-din werd begonnen en die in de 15e eeuw door sultan Sikander Lodi werd voltooid.

Aan de voet van de toren liggen de resten van de Quwwat-ul-Islammoskee, het eerste islamitische bouwwerk op Indiase bodem. Voor de bouw van de moskee werd gebruik gemaakt van materiaal van 27 verwoeste hindoe- en jainatempels. Men ziet in het beeldhouwwerk dan ook afbeeldingen van hindoe motieven en mensen. Op de binnenplaats van de moskee staat een 7 meter hoge, 6 ton zware ijzeren paal uit de 5e eeuw die niet roest. Hoe 1500 jaar geleden met de toenmalige stand van de techniek zulk zuiver ijzer kon worden gegoten is nog steeds een raadsel.

Tijd om Delhi te verlaten want we worden voor het diner verwacht in ons hotel in het 200 km zuidelijker gelegen Agra. Op de grens met de deelstaat Haryana staan rijen vrachtwagens langs de weg omdat de chauffeurs hier papieren betreffende de lading in orde moeten maken. De lading van één van de wagens is in brand gevlogen waardoor grote consternatie ontstaat. Het grootste deel van de trucks is van het merk TATA en achterop staat altijd de kreet HORN PLEASE of BLOW HORN omdat men zelden in de achteruitkijkspiegel kijkt, als deze al aanwezig is.

De weg gaat door een vruchtbaar landbouw gebied. Langs deze weg zijn veel "huisjes" van koemest te zien. Men stapelt de met stro vermengde koeienvlaaien op in de vorm van een huisje, versiert de buitenkant met tekeningen en legt er een rieten dak op. De gedroogde mest wordt gebruikt als brandstof voor het koken.

Voor dat we Agra bereiken stoppen we eerst nog in Sikandra voor een bezoek aan de Tombe van Akbar. Deze ligt in een enorme ommuurde tuin met een schitterende hoofdpoort waar een grote groep apen in rondloopt.