Mijn kennismaking met de wondere wereld van computers kwam met dit artikel in het populair-wetenschappelijke tijdschrift Kijk (uitgave juni 1982). Het bevatte een korte introductie van BASIC en een voorbeeld-programmalisting voor een eenvoudig computerspel. Ik werd onmiddellijk gegrepen door de mogelijkheden die van het programmeren van een computer bood. Een paar maanden later kreeg ik de kans om het zelf eens uit te proberen op echte computers door een project dat we kregen op school (het Sint Laurens College in Rotterdam). Sindsdien ben ik nooit meer opgehouden met het schrijven van programma's. In het begin in BASIC, en aangezien ik geen computer had, op kleine stukjes papier.
In die tijd kon je kiezen uit een groot aantal computermerken. Helaas waren die geen van allen compatibel met elkaar. Geen gemakkelijke keus, met een komen en gaan van computers en prijzen die maar bleven zakken. In december 1983 kocht ik eindelijk mijn allereerste computer: een Sharp MZ-700. Ik kocht deze bij de Makro, een bekende groothandel in Delft. Ik moet bekennen dat ik hem voornamelijk kocht op zijn uiterlijk, hoewel de specificaties ook niet slecht waren. 823 gulden was in die tijd een redelijke prijs voor een computer met 64 kb geheugen en een ingebouwde taperecorder. Maar die stiekemerds verkochten de handleiding nog eens apart voor 55 gulden!
Als ik erop terugkijk, dan moet ik toegeven dat een Commodore 64 een verstadigere keuze was geweest. Niet dat die minder last had van het compatibiliteitsprobleem (erger nog, hij was zelfs niet compatibel met andere Commodore-machines), maar hij had drie grote voordelen:
Vandaag de dag maakt het allemaal niet zo veel meer uit. Ik kan spelen met welke oude computer ik maar wil met behulp van één van de vele emulators die er zijn.
In september 1985 begon ik aan mijn sudie informatica aan de Technische Universiteit Delft. Hier leerde ik Pascal, C en een heleboel andere programmeertalen. Heel belangrijk voor mij waren de zogenaamde functionele programmeertalen. Ik studeerde af op een compiler voor de functionele taal Haskell in 1991.
Ik begon te werken als software engineer in 1992. Ik programmeerde een paar maanden in Clipper (Summer '87 en 5.0), gevolgd door C++ (Borland 3.1) en Foxpro (2.6a, DOS-versie). Toen ik naar Exact ging in 1995, ging ik weer programmeren in het goede oude C.
Sinds ik begon met werken, was het MS-DOS wat de klok sloeg. Langzaam maar zeker beginnen we over te schakelen op Windows '95. Maar het voelt nog steeds aan als dezelfde Microsoft-troep, alleen ziet het er beter uit. Ik verlang naar de tijd op de universiteit, waar we een aantal hele aardig UNIX-machines hadden. UNIX is hoe ik een operating system graag zie: goed doordacht en gebouwd op een stevige basis, niet iets dat nog steeds leunt op een verzameling systeemfuncties die al lang geleden in de vuilnisbak hadden moeten belanden. Stel je eens voor: wat als Microsoft al die moeite van de laatste 10 jaar niet had gestoken in het oplappen van MS-DOS om te verworden tot dat Windows '95-geval, maar in het verbeteren van iets robuusts als UNIX?
Wel, waarschijnlijk zou Microsoft dan niet het invloedrijke bedrijf zijn dat het vandaag is (en dientengevolge zou Bill Gates niet half zo rijk zijn). Door alle concurrentie in de UNIX-markt zouden zij slechts één van de vele zijn, worstelend om boven te blijven tussen alle andere UNIX-klonen. Dus er is een goede kans dat er dan nog steeds geen echte marktleider zou zijn in de PC-markt. En dus zouden we nog steeds het probleem hebben van allemaal bijna-maar-net-niet-helemaal compatibele besturingssystemen zoals we in de jaren '80 hadden. Maar gebruikers zouden dan tenminste niet meer eens in de zoveel tijd naar blauwe schermen en GPF's hoeven te staren, elke keer dat ze twee of meer 16-bit-applicaties naast elkaar proberen te draaien. En programmeurs zouden 's nachts niet meer gillend wakker hoeven te worden vanwege alle trucs die ze overdag moeten uithalen, alleen maar om een programma te laten doen wat zij willen, niet wat het besturingssysteem wil.
Wordt wakker! Laten we het maar onder ogen zien, Windows is het belangrijkste besturingssysteem geworden voor thuisgebruikers en kleine ondernemingen over de hele wereld. Dus probeer ik tandenknarsend er het beste van te maken. In mei 1998 begon ik te experimenteren met een combinatie van Visual Basic en DirectX voor een animatie die ik wilde maken. Visual Basic 5 zou hiervoor het perfecte gereedschap zijn, als de schermaansturing maar een stuk sneller geweest zou zijn Ik bedoel, een vloeiende animatie op een Pentium-II 333MHz met een ATI Rage videokaart zou toch niet zo'n probleem moeten zijn. Maar toen ik een form had gemaakt met overlappende GIF-plaatjes met transparente kleuren, en ik liet de boel bewegen, toen flikkerde het spul als de ziekte.
Gelukkig vond ik een web site over het gebruik van DirectX in Visual Basic. Het kost wat moeite om een programma aan de gang te krijgen, maar het resultaat is echt geweldig. Geen flikkering meer, de beschikking over het complete scherm, eenvoudige geluidscontrole... Toch zijn er nog een paar zaken die me dwars zitten.