VERWANTSCHAP BIJ WOORDEN

 


 VERWANTE WOORDEN BIJ TALEN 
 
vis Als er verwantschap is tussen de Indo-europese talen, is die dan nog ergens terug te vinden? Italianen en Spanjaarden verstaan elkaar best wel, als ze maar langzaam spreken. Russen en Polen kunnen elkaar nog wel begrijpen maar niet elkaars boeken lezen (de Polen ons Latijnse alfabet en de Russen het Cyrillische). Maar een Zweed (uit het Germaanse taalgebied) begrijpt een Portugees (uit het Romaanse taalgebied) al voor geen meter meer. Hoe verder van elkaar af, hoe minder woorden ze nog gemeenschappelijk hebben.
Het verbaast dus niet dat je als Nederlander met een man of vrouw uit Iran of India geen woord kunt wisselen. De verwantschap tussen de talen is inmiddels bijna nul geworden. Maar die is er wel, al moet je er de nodige moeite voor doen om deze op te sporen.
Als je nu het hele Indo-europese taalgebied (Germaanse, Romaanse, Slavische, Keltische talen, Iraanse en Indische talen) bij elkaar neemt, kun je die verwantschap dan nog ergens horen?
Dat lukt wel een beetje als je maar heel algemene, of beter gezegd basale woorden neemt, zoals 'stoel' (een simpel huisraad), 'moeder' (hebben we allemaal), 'hond' en 'gans' (de oudste huisdieren), 'boomgaard' (kwam overal voor), 'water' (idem) of 'vis' (basisvoedsel). Maar hoe verder van huis hoe moeilijker het zal gaan worden. En je moet erop verdacht zijn dat de uitspraak sterk veranderd kan terwijl ook nog al eens de betekenis van het woord in een wat andere richting kan zijn verschoven.
 

 MOOIE VOORBEELDEN VAN VERWANTSCHAP 
 
Moeder Het is interessant een aantal voorbeelden na te lopen van woorden die in de veschillenden Indo-Europese talen nog als min of meer gemeenschappelijk te herkennen zijn.
Als eerste voorbeeld nemen we het woordje 'Moeder'.
>Hoe oud een volk ook, er was een vader en een moeder. Dus moeten er ook al vroeg woorden voor deze ouderparen ontstaan zijn. Als de indo-europese talen op één oertaal terug gaan, zouden de woorden voor vader en moeder dan nog op elkaar lijken? Inderdaad, het woord voor 'moeder' is in alle indo-europese talen nagenoeg hetzelfde. Hetzelfde kan gezegd worden voor 'vader'. Het Keltisch (Bretons) valt een beetje uit de boot met 'vamm' voor moeder en 'tad' voor vader (zie de tabel). Maar zeggen wij niet ook 'mam' tegen moeder en de Engelsen 'dad' tegen vader'? Je ziet dat de overeenkomsten best groot zijn en dat, daar waar er in andere woord voor in de plaats staat, dat woord toch minder vreemd of afwijkend is dan je op het eerste gezicht zou denken.
 
NederlandsDuitsFransEngelsLatijnKeltischRussischSanskriet
moeder
mam
Mutter
-
mère
-
mother
mum
Mater
-
-
vamm
Matb
-
Matar
-

 
gart PietGarde nationaleEen fraai voorbeeld is 'gaard'. De oorspronkelijke betekenis is 'een met vlechtwerk van stokken of twijgen afgesloten terrein (bewaakt)'. Dat woord kreeg in de ene taal meer de betekenis van 'omheining, dus wat er ter bewaking om heen staat' en in de andere taal juist 'wat er in staat'. Beide betekenissen komen in het Nederlands voor. Denk maar eens aan 'boomgaard' en 'wijngaard (het gaat om de bomen en de wijnstokken, dus om wat erin staat). keukengarde
Maar in de woordjes 'garde' (voor klopper) en 'gart' (van Zwarte Piet) klinkt de oude betekenis nog door in de vorm van van de takken en de twijgen (die uit de omheining afkomstig zijn).
In veel indo-europese talen komen vormen van 'gard' in de een of andere betekenis voor, denk maaar eens de uitgang '-grad' bij de namen van een aantal Russische steden, nu als zwaar omheind, als een burcht (Leningrad, nu weer St.Petersburg!). Garde nationaleEn de tuin het in de ons omringende talen 'Garten', 'garden' en 'jardin'.
In het Frans en het Engels is het ook de naam geworden van degenen die bewaken ('Garde national' en 'National guard', figuur hiernaast). Spreken we in het Nederland trouwens ook niet van 'de oude garde', de groep mensen die de ideeën en tradities van vroeger bewaken, dat in tegenstelling tot 'de jonge garde'!
In de onderstaande tabel het overzicht van deze namen.
NederlandsDuitsFransEngelsLatijnSpaansRussisch
boomgaard
gaarde
garde
gart
garderobe
Gartenjardin
garde
garder
regarder
garden
guard
yard (91 cm)
Scotland Yard
Hortusguardar (bewaken)-grad
(Leningrad)

 
Water/Zee Ook het woordje 'water' levert een leuk lijstje op, met onverwachte verbindingen, zoals naar 'wodka' (=watertje, van 'woda' = 'water' in het Russisch) en 'whisky' in het Keltische Schots. Maar het Franse woord voor 'water', 'l'Eau' past niet in dit rijtje. Of toch wel? ' L'eau" komt van 'Lac' en dat komt weer van het Latijnse 'lacus' (='meer'). Zo zijn we toch weer rond. Ook in het Engels duikt het Latijnse woordje ( 'lake'), eveneens in de betekenis van 'meer'.
Hieronder weer het lijstje. Kijk er niet van op dat in het Sanskriet (de oude Indo-Europese taal van India) 'udan' staat terwijl er (later) in het Litouws een 'v' vóór komt, die vervolgens in onze streken in een zachtere 'w' veranderd. Dit soort klankverschuivingen over komt veel voor en betreft dan meestal hele groepen woorden (zie hiervoor ook bij het hoofdstuk 'Talen en taalfamilies').
 
NederlandsDuitsFransEngelsKeltisch SchotsLitouwsRussischSanskriet
water
Wasserl'eauwater
(lake)
wiskyvanduowoda
wodka
udan


 EN ONZE HUISDIEREN DAN? 
 
Varken Huisdieren hebben de mensen al sinds mensenheugenis. Je zou verwachten dat de gewone huisdiernamen dan ook wel overeenkomst zouden vertonen. Soms klopt dit ook wel. Denk maar aan Kat' (N), Kätze (D), 'Chat' (F) en 'Cat' (E).
Maar het 'varken' (toch ook een dier dat sinds mensenheugenis met de mensen optrekt) komt in die talen toch heel verschillend uit de bus: 'varken', 'Schwein', 'cochon' en 'pig'? Geen overeenkomst dus? Dat lijkt maar zo. In het Nederlands kun je immers 'zwijnen' (geluk hebben) en op de Veluwe lopen wilde zwijnen rond. Een jong varkentje noem je een 'big'. In vroeger eeuwen was dat 'bigge' en dat lijkt heel erg op het oude engelse woord voor varken 'pigge'. Het Franse 'cochon' is hier de uitzondering.
 
En dan ons onafscheidelijke huisdier, de 'hond'. Onze 'hond' (Duits: 'Hund') lijkt weinig gemeen te hebben met het Engelse 'dog' en het Franse 'chien'. Maar het Engels kent wel degelijk het woord 'hound', maar dan voor de jachthond. Voor het troeteldier is er later een woord bijgekomen, de 'dog' (zo te horen een klanknabootsing). HondHet oorspronkelijk indo-germaanse woordje voor hond klonk als 'ku-on'. In het Grieks was het nog 'ko-un', in het Latijns werd het 'canis', in het Keltische Bretons werd het 'chi' en in het Frans tenslotte 'chien'. Dat Franse 'chien' past dus toch in het rijtje, al is er het en ander wel verschoven in uitspraak en betekenis.
 
Met ander woorden: als je wat dieper graaft en je ervan bewust bent dat woorden over een lange tijd soms aanzienlijk in uitspraak kunnen veranderen, blijken veel namen toch verwant, al schuift de betekenis soms wat in ene en soms wat in de ander richting op.
 
 

knop begin deze pagina volgende hoofdstuk  Home