Rondreis
door Yemen » Pagina 02
Terug naar Index ...
In/op de souq ontmoetten we ook een oud vrouwtje met haar kudde
geiten, maar die wilde dus écht niet op de foto en een klein jongetje
dat haar vergezelde hield ons nauwlettend in de gaten: of we haar
wens/gebod wel respecteerden. Nou dat deden we: je moet de mensen
hier uiteraard respecteren. Voor een Europeaan is een Arabische
souq een prachtig schouwspel: niet te vergelijken met onze weekmarkt
en we genoten dan ook met volle teugen. De blanke kudde (deels blonde)
toeristen werd uiteraard óók grondig bestudeerd! Herma vond vooral
het gedeelte waar de qat verhandeld wordt erg leuk. Een ware belevenis
om te zien hoe dit er aan toe gaat. In Yemen ‘pruimt’
ongeveer 80% van alle mannen qat.
De qatblaadjes worden ongewassen tussen wang en kiezen
gepropt en vervolgens aan één kant gekauwd en gepruimd. Er vormt
zich een grote bal, want er vindt regelmatig navulling plaats. De
wangzak wordt plaatselijk wel 6x zo groot. Als je de qattakken ziet
lijkt het op een ligusterhaag waarop wordt gesabbeld. Alleen heeft
qat een iets andere uitwerking, het geeft een soort roes. Het is
een plant die in Yemen (te) veel verbouwd wordt, zoals in andere
landen bijvoorbeeld tabak. Voor de Yemeniet is qat het genotmiddel
bij uitstek en dat is dan ook meteen funest voor het land, want
andere dingen die beter verbouwd zouden kunnen worden, zoals voedsel,
moeten het afleggen omdat ze domweg minder opbrengen.... qat kauwen
is in Yemen uitgegroeid tot een sociale gebeurtenis. In de voormiddag
komen de mannen bij elkaar in de mafratsj (wat bij ons de woonkamer
is) voor de ‘qat-sessie’, waarbij, met zijn allen op
de grond zittend, het midden van de vloer bezaaid met de dure takkenbossen,
tevens de laatste nieuwtjes worden besproken en allerlei belangrijke
zaken, zoals huwelijksproblemen, uithuwelijking, stamperikelen en
andere ‘hot items’ worden besproken. De ‘qat-sessies’
van de president worden zelfs live op de TV uitgezonden! Gedurende
het qatkauwen ligt de Yemenitische economie volkomen stil en die
paar auto’s die je nog op de weg ziet, rijden ook enigszins
anders dan anders......
Omdat de Yemeniet geen alcohol gewend is
en volgens zijn geloofs-overtuiging ook niet mag gebruiken, pakt
het kennelijk allemaal wat harder aan dan bij ons! Waarschijnlijk
lijdt de economie ook onder het feit dat de Yemeniet een heel groot
deel van zijn loon uitgeeft aan de kostbare qat.... We wisselden
ook nog Amerikaanse Dollars om in Rials. Op de zwarte markt kreeg
je aanzienlijk meer waar voor je geld dan bij de officiële banken.
Voor $250 kregen we ongeveer een plastic draagtas vol met Yemenitische
Rials!
‘s Avonds gingen we met Hans & Liesbeth uit Tilburg en
Jaap & Jannie uit Hoek (Zeeuws-Vlaanderen) uit eten in een Palestijns
restaurant. De kip die ik bestelde was wat erg zwarterig, maar
aangezien een hoofdgerecht hier omgerekend zo’n ƒ3,50
kost zeur je niet en bestel je gewoon een nieuwe kip..... De Yemenieten
vonden het allemaal prachtig: zes toeristen tegelijk in huis en
ze bestellen maar raak! We ontdekten dat het restaurant van ons
hotel, waar we tussen de middag gegeten hadden, beter was maar dat
mag de pret niet drukken.
Dinsdag 17 oktober,
Na het ontbijt gingen we met onze bepakking naar buiten: het grote
avontuur ging beginnen! Er stonden 4 Toyota Landcruisers met chauffeur
(Mujahid, Salah, Abdallah en Mohammed) op ons te wachten. In iedere
auto konden vijf personen, inclusief chauffeurs en ‘gids’
(Mart dus). We vertrokken zuidwaarts, eerst naar Ibb en Jibla, twee
prachtige kleine plaatsjes waar we verscheidene "soera’s" maakten.
Toen we in Jibla arriveerden was het 17:00uur en je merkte dat het
al wat donkerder werd. Toch viel er nog genoeg te genieten. Hans
en ik (Henri) werden door een Imam meegenomen naar zijn huis, om
vanaf zijn dakterras over de stad uit te kijken. Je had een fraai
uitzicht op de moskee met zijn 2 minaretten. Hij vertelde dat de
éne minaret meer dan 200 jaar oud is en de andere zo’n 100
jaar. Hij vergastte ons op een lekker glas thee met mint en plakrand.
Voor ons vertrek deelde hij ons nog mee dat het leven voor hem duur
is en dat een kleine financiële bijdrage voor de thee erg wenselijk
was. We gaven hem een paar Rial en hij was weer gelukkig. Elektrisch
licht was er niet, dus ik was blij dat ik een minizaklampje in de
fototas had zodat we bij het afdalen van de donkere trap iets zagen.
Ondertussen was Herma met Gisela uitgenodigd in een woonhuis waar
drie jonge vrouwen qat zaten te kauwen. Het bleek dat de vrouwen
de wat mindere kwaliteit qat die de mannen niet beliefden kregen....
Ondanks de taalbarrière (Gisela sprak een paar woordjes Arabisch)
hadden de dames elkaar toch een hoop te vertellen. Ook werden de
gasten, traditioneel, op 3 glazen thee getrakteerd. Al met al was
Jibla een hele leuke ervaring. Waar maak je het mee dat je als wildvreemde
bij mensen binnen wordt uitgenodigd en op de thee gevraagd? De mensen
zijn hier erg gastvrij en heel onbevangen. En nieuwsgierig naar
die blanke westerlingen natuurlijk. We vervolgden onze reis richting
westwaarts naar Ta’ïzz, een grote op 1400 meter hoogte gelegen
stad met zo’n 325 000 inwoners. We hobbelden door het donker
in ‘onze’ Landcruisers. In deze tijd van het jaar is
het in Yemen rond 18:00uur donker.
Het was verschrikkelijk benauwd: we zaten hier ongeveer 60 km. van
de Rode Zee af, waar een luchtvochtigheid heerste van 95% bij een
temperatuur van om en nabij de 30°C. Het voelt aan als minstens
45°C.! De hotelkamer was duidelijk minder dan in Sana’a: hij
was piepklein, héél benauwd en na het douchen stond onze kamer zowat
voor de helft blank. Gelukkig was het maar voor 2 nachten, dus we
zien het nog steeds zitten....... We aten in het restaurant van
het hotel en dat was gelukkig prima. Oh ja: de stroom valt regelmatig
uit, maar daar hebben ze ook in Yemen kaarsen voor. (zo is het ook
nog een romantisch land.)