You can make a translation of this page, if you like |
|
Oefeningen voor de Verdediging (25-29)
Index:
óf oef: (26) (27) (28)
(29)
25 Met gebruik van het net (7); met een 10-tal
Er wordt steeds een 2-blok gezet. De ene keer op pos.2, de andere keer op pos.4.
A
valt aan op een set-up van S.
B
en C
blokkeren.
D,
E,
F
en G
verdedigen.
De rally wordt uitgespeeld.
Nu
valt H
aan (ook weer na een set-up van S).
C
en D
blokkeren.
E,
F,
G
en B
verdedigen.
Weer rally uitspelen.
Na
deze 2e bal gaan we wisselen als volgt:
G
zorgt ervoor, dat hij de bal uit de 2e rally te pakken krijgt, hij gaat naar
plaats H.
H
gaat na zijn aanval naar plaats S.
S
pakt de bal uit de 1e rally.
Rouleren is dus als volgt: A
-->
B
--> C
--> D
--> E
--> F
--> G
--> H
-->
R.
-
Met minder spelers ook te doen, dan met wat minder verdedigers
=
26 Met gebruik van het net (8); in een rally 5 <--> 5
Rally
5 tegen 5 met de aanvalsopbouw steeds via de rechtsvoor (als
spelverdeler).
Hij/zij geeft de set-up op pos.4 (ruim
van het net af).
Er komt steeds een 1-blok tegenover.
Variatie: Iedere keer als de bal over het net is gespeeld één plaats
opschuiven.
Het
lukt ook met 4 tegen 4, met een verdediger minder.
27 Met gebruik van het net (9); + sancties
1
Aanvallen van pos.4.
Een één-blok aan de andere kant + 3 verdedigers B,
C
en D.
Wie scoort gaat niet blokkeren/verdedigen.
Wie niet scoort dus wel. Als volgt:
Van A
--> B
--> C
--> D
--> aanvallen.
S kan langer blijven staan, maar kan ook in het rouleersysteem worden opgenomen.
2 Hetzelfde doen we nu met aanvallen van pos.2
28 Met gebruik van het net (10); speelse vorm
Er
staan 2 teams tegenover elkaar (6 tegen 6, of 5 tegen 5); Zij spelen een
rally.
Na een fout geeft T
(= trainer, of een
speler die over is) direct een volgende bal (of aan weerskanten een ander
iemand, die een volgende bal aan kan spelen na een fout).
Ballen die “dood” zijn zo snel mogelijk uit het veld naar T.
Punten
tellen? kan op manier rally-point, of op tafeltennis manier.
29 Met gebruik van het net (11); aanval + blok
2 spelers: A
(midachter = pos.6) en B
(diagonaal = pos.5) verdedigen.
Eén speler (C)
staat klaar om aan te vallen op pos.4 en op pos.2/3 staat de spelverdeler (S).
De rest maakt een rij aan de andere kant van het net op pos.5.
1
De voorste (D)
begint: Hij werpt de bal voor zichzelf op en smasht
(eerst zonder, later met sprong) de bal over het net.
A
/ B
verdedigen, passen zo goed mogelijk naar S,
die een set-up geeft aan C.
C
valt aan b.v. langs de lijn (rechtdoor), D1
verdedigt deze bal.
Rouleren: D
--> C
-->
D.
2
D
laten verdedigen in de diagonaal en de aanval van C
laten blokkeren door E
en F.
B
en eventueel ook A
+ S
zorgen altijd voor de eigen aanvals-dekking.
(Rally
uitspelen, dus E
of F
geeft set-up aan D).
Rouleren: D
--> C
--> E
--> F
-->
D.
Na
verloop van tijd wisselen A,
B
en S
met 3 andere spelers.
You can make a translation of this page, if you like |
|