WORKSHOP - TRAININGSSTAGE IN ALMERÍA SPANJE

... of vaartspel - dag 4

1-2-3-4-5-6-7-8-9-10-11-12- verder

De lange tempo’s op deze dag lenen zich ook goed om in plaats van op de baan op de paden langs de kust te lopen. Het tempo is op de paden minder goed te controleren dan op de baan maar met een HF-meter hoeft dit geen probleem te zijn. Door het aparte karakter van de omgeving, de wisselende ondergrond en het glooiende parcours ontstaat een training met een vaartspel karakter. Het tempo wordt daarbij niet strak aangehouden maar je speelt bijvoorbeeld in op dalingen om licht te versnellen, een zandig stuk om wat meer op kracht te lopen, een heuvel om met extra ritme omhoog te gaan etc.

 

Kort programma (middenafstand, recreant)
  • 20 minuten inlopen
  • loswerken en looptechniek
  • 5 min – 4 min – 3 min – 2 min
  • pauze 6 minuten
  • uitlopen
Lang programma (o.a. marathon)
  • 10 km stevig inlopen (strandweg)
  • loswerken en looptechniek
  • 12 min – 9 min – 6 min – 3 min
  • pauze achtereenvolgens 2 –3 – 4 min.
  • uitlopen 20 – 30 minuten
Beide programma’s kennen globaal een oplopend tempo. Bij het korte programma loopt je HF met 3 slagen per interval op tot 95% van je maximale HF. Recreatieve lopers houden een vlak tempo aan. Bij het lange programma verloopt het tempo globaal als volgt HFmax-15; HFmax-10; HFmax-10; HFmax-5.

Gerard Smit Maart 2002