Overwintering op Bereneiland

In 1700 vertrokken nogal laat in het jaar drie Nederlandse schepen naar Archangel. Na ruim twee weken waren "de Hoogepriester Aaron", "de jufrouw Maria" en "de Jonge Arend" al op de plaats van bestemming, maar toen het laatste konvooi van dat jaar op 13 oktober uit Archangel vertrok, waren de drie schepen nog niet ingeladen. Besloten werd dan maar zonder konvooi terug te varen. "De Hoogepriester Aaron" kwam in november behouden op Texel aan. "De juffrouw Maria" verongelukte bij Trondheim. Lammert Pietersz Gewelt was de schipper van het derde schip, "de Jonge Arend". Door een storm raakte het schip uit koers, en het strandde op 3 november op Bereneiland, tussen Noordkaap en Spitsbergen. Er zat niets anders op dan te overwinteren in de bittere poolkou.

Slechts vier bemanningsleden overleefden dit avontuur, waaronder schipper Gewelt. Met een Groenlandvaarder reisden ze Amsterdam. Lammert Gewelt keerde nog tot drie maal toe terug op Bereneiland, omdat hij de lading veilig wilde stellen. Uiteindelijk slaagde hij daar in 1703 in. In het boek "Op zoek naar Vlielands verleden" van D. Vermeulen zijn de wederwaardigheden van schipper Lammert Pietersz Gewelt uitgebreid beschreven op de pagina's 144 tot en met 147.

Bron: "Op zoek naar Vlielands verleden"

28 oktober 2001

lijn
intro   1705   1706   1707   1708   1709   1710   1711   1712   1713   1714   1715   1716   1717   1718   1719